Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
arrest van 6 februari 2018
Het geding
Beoordeling van het hoger beroep
Algemeen
De vordering van de man
De vordering van de vrouw
- te vernietigen de beslissingen van de rechtbank in het vonnis van 25 mei 2016 in reconventie;
- om de man te veroordelen om tegen kwijting aan de vrouw te betalen een schadevergoeding van het bedrag van € 8.075,- dan wel subsidiair een ander bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 september 2015 tot de dag der algehele voldoening.
- Met veroordeling van de man in de kosten van beide instanties.
Enige relevante feiten
Wat is de kern van het betoog van de man?
- dat de vrouw vermogen en inkomen dat verdeeld, dan wel verrekend diende te worden buiten die verdeling dan wel verrekening heeft gelaten;
- de grondslag voor de vorderingen van de man is terug te voeren op onverdeeldheid van de gemeenschap, vorderingen tot verrekeningen zoals in de huwelijkse voorwaarden overeengekomen, alsook dwaling, verzwijging;
- in hoger beroep beoogt de man alsnog in het gelijk gesteld te worden voor wat betreft inzage in de financiële administratie van de vrouw, alsook nadere vaststelling van de boedelverdeling en verrekeningen zoals volgt uit de huwelijkse voorwaarden.
Grieven
- de man is het er niet mee eens dat hij geen inzage krijgt in de administratie van de vrouw aangezien hij er een rechtmatig belang bij heeft;
- bestudering van de mutaties op de bankrekeningen heeft bij de man geleid tot nadere inzichten in de onttrekkingen van bedragen aan de boedel door de vrouw, door grote hoeveelheden contant geld op te nemen van de bankrekeningen. Zie randnummer 18 van de memorie van grieven;
- een totaalbedrag van € 29.844 is onttrokken. Zie randnummer 26 van de memorie van grieven;
- vervolgens wijst de man erop dat in de jaren 2006 tot en met 2008 zeer aanzienlijke bedragen contant zijn opgenomen als kasopnames. Zie randnummer 28 van de memorie van grieven;
- de man veronderstelt dat de vrouw het merendeel van vorenstaande kasopnames heeft gestald op haar Raborekeningen, of mogelijk ook bij de ABN-AMRO-bank en deze gelden aldus buiten de verdeling heeft gehouden. Uitsluitend door inzicht te verstrekken in de administratie kan doorgerekend worden over welke bedragen het precies gaat. Zie randnummer 34 van de memorie van grieven;
- ten slotte legt de man nog nadrukkelijk ten grondslag aan zijn vordering het bepaalde in art 843a Rv waaruit volgt dat de man een redelijk belang heeft bij inzage en afschrift van de administratie van de vrouw. Zie randnummer 38 van de memorie van grieven;
- in randnummer 45 van zijn grieven stelt de man dat hij nog steeds aanspraak kan maken op de onverdeelde rekeningen en saldi, voor zover deze in de onderlinge betalingen buiten beschouwing zijn gelaten;
- in randnummer 48 van zijn memorie van grieven stelt hij: ”Zelfs als zou het ervoor gehouden moeten worden dat de man wel bekend was met het bestaan van een Rabobank-rekening van de vrouw, dan nog volgt hieruit nog niet dat de man ten tijde van de verdeling bekend was met het saldo op die rekening”;
- onderdeel van het geschil betreft de stelling van de man dat de vrouw ook een of meer bankrekeningen heeft aangehouden bij de ABN-AMRO-bank. Ook op dit punt beschikt de man over beperkte bewijsmogelijkheden, aangezien de vrouw de administratie uit het huwelijk onder zich heeft zie randnummer 51 van de memorie van grieven;
- de man is het er niet mee eens dat de rechtbank zijn vordering met betrekking tot verrekening van de kosten van de huishouding heeft afgewezen, zie grief 6 en randnummer 60 en volgende;
- ook al wordt het convenant met de finale kwijting getypeerd als een vaststellingsovereenkomst, dan nog staat deze bloot aan vernietiging krachtens dwaling.
- de vrouw is met de rechtbank van mening dat de man geen rechtmatig belang heeft bij inzage van haar administratie;
- de vrouw heeft niks verzwegen noch gelden in de periode tussen 2006 en 2009 onttrokken;
- in artikel 4.11 zijn partijen overeengekomen dat de kosten van de huishouding niet zijn afgerekend conform de huwelijkse voorwaarden. Ook wensten partijen geen nadere verrekening. Ook op dit punt houdt het echtscheidingsconvenant een vaststellingsovereenkomst in;
- in de huwelijkse voorwaarden van 26 januari 2009 is opgenomen dat bij echtscheiding geen verrekening plaatsvindt;
- in de periode 2006 tot en met 2009 is een deel van het spaartegoed gebruikt om het tekort op de gezinsbegroting op te lossen. In randnummer 11 van haar memorie van antwoord geeft de vrouw inzicht in het inkomen en de uitgaven;
- de vrouw is met de rechtbank van mening dat uit de door haar overgelegde bankafschriften volgt dat uitvoering is gegeven aan de verdeling.
Grieven incidenteel appel immateriële schadevergoeding
- op basis van de strafrechtelijke veroordeling van de man staat de onrechtmatigheid van het handelen van de man vast;
- ook na deze periode heeft de man onrechtmatig gehandeld door mails aan derden te sturen;
- het onrechtmatige handelen van de man heeft de vrouw zodanig geraakt dat zij psychische en immateriële schade heeft geleden;
- de vrouw is van mening dat haar schade € 8.000,- bedraagt.