ECLI:NL:GHDHA:2018:4020
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake octrooi en hervatting aangehouden kort geding na bodemzaak
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van Biogen Inc. en F. Hoffmann-La Roche AG tegen Celltrion Inc., Mundipharma Pharmaceuticals B.V. en Celltrion Healthcare Hungary KFT. Het Gerechtshof Den Haag heeft op 11 september 2018 uitspraak gedaan in een kort geding procedure die volgde op een bodemprocedure. In het tussenarrest van 7 november 2017 had het hof beslist dat de kort gedingprocedure aangehouden zou worden totdat er een vonnis in de bodemprocedure zou zijn gewezen. Op 21 februari 2018 heeft de rechtbank in de bodemprocedure vonnis gewezen, waarbij het Nederlandse deel van het octrooi EP 313 is vernietigd. Biogen vorderde in het kort geding een inbreukverbod op de grond dat Celltrion met de verhandeling van Truxima inbreuk maakte op het octrooi. Biogen verzocht om de hervatting van de procedure te weigeren of deze te schorsen totdat er een definitieve uitspraak in de bodemprocedure zou zijn gedaan. Het hof oordeelde dat de hervatting van de procedure een feit was, omdat Celltrion de zaak op de rol had gebracht. Het hof wees de verzoeken van Biogen af, omdat deze niet in overeenstemming waren met het spoedeisende karakter van een kort geding. Het hof concludeerde dat de vorderingen van Biogen moesten worden afgewezen, omdat het hof zich moest richten naar de ongeldigheid van het octrooi, zoals vastgesteld in de bodemprocedure. Biogen werd veroordeeld in de proceskosten van Celltrion, begroot op € 50.000,-.