ECLI:NL:GHDHA:2018:3552
Gerechtshof Den Haag
- Rekestprocedure
- A.H.N. Stollenwerck
- A.E. Sutorius-van Hees
- L.N.A. van Veen
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake partneralimentatie en draagkracht van de man
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Den Haag werd behandeld, ging het om een hoger beroep betreffende de partneralimentatie en de draagkracht van de man. De uitspraak vond plaats op 19 december 2018. De man, die in het Verenigd Koninkrijk woont, verzocht om nihilstelling van de partneralimentatie, omdat hij volgens zijn zeggen geen draagkracht had om enige alimentatie te voldoen. De vrouw, ook wonende in het Verenigd Koninkrijk, voerde aan dat de man wel degelijk in staat was om alimentatie te betalen, gezien zijn financiële situatie en de waarde van zijn bezittingen.
Het hof heeft de relevante omstandigheden in overweging genomen, waaronder de werkgerelateerde kosten van de man, zijn inkomen en de lasten die hij moet dragen. De vrouw had sinds maart 2017 een baan en had in juni 2018 een woning gekocht, wat een wijziging van omstandigheden betekende. Het hof concludeerde dat de man, ondanks zijn argumenten over mogelijke ontslagen en financiële druk, geen draagkracht had om partneralimentatie te betalen. De partneralimentatie werd met terugwerkende kracht op nihil gesteld, en de vrouw hoefde geen te veel betaalde alimentatie terug te betalen, omdat zij geen vermogen had om dit te doen.
De beslissing van het hof was dat de bestreden beschikking voor wat betreft de partneralimentatie vanaf 1 september 2016 werd vernietigd en de bijdrage in het levensonderhoud van de vrouw ten laste van de man op nihil werd gesteld. De beschikking werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het hof wees het in hoger beroep meer of anders verzochte af.