Uitspraak
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
family lifeen mag niet verder gaan dan in het belang van de minderjarige noodzakelijk is. Hoe ver de beperking kan gaan, is afhankelijk van de concrete omstandigheden van het geval. Op de overheid en daarmee op de gecertificeerde instelling rust als uitvoerder van de jeugdbeschermingsmaatregelen een positieve verplichting ervoor zorg te dragen dat het familieleven zoveel als mogelijk gehandhaafd blijft. Deze positieve verplichting leidt ertoe dat alle voorbereidende maatregelen getroffen moeten worden om contact tussen ouder en het kind mogelijk te maken. Ter zitting is gebleken dat de bij de eerdere schriftelijke aanwijzing vastgestelde bezoekfrequentie van twee bezoekmomenten per week is teruggebracht tot een bezoekmoment per week. De gecertificeerde instelling heeft echter ten aanzien van deze beperking geen nieuwe schriftelijke aanwijzing gegeven. Dit is in strijd met wat in artikel
1: 265f BW is bepaald.