ECLI:NL:GHDHA:2018:3187
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in strafvervolging wegens benadelingsbedrag onder de € 50.000,- in sociale zekerheidsfraudezaak
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 6 november 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Den Haag. De verdachte was eerder veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf en een taakstraf in verband met sociale zekerheidsfraude. De zaak werd terugverwezen door de Hoge Raad der Nederlanden na een eerdere cassatie. Het hof heeft vastgesteld dat het benadelingsbedrag in deze zaak lager is dan € 50.000,-, wat volgens de Aanwijzing sociale zekerheidsfraude betekent dat het Openbaar Ministerie niet ontvankelijk kan worden verklaard in de strafvervolging. De advocaat-generaal had gevorderd dat het Openbaar Ministerie ontvankelijk zou zijn, maar het hof oordeelde dat de vervolging niet had mogen plaatsvinden. Het hof vernietigde het eerdere vonnis en verklaarde het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk in de vervolging van de verdachte.