Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
arrest van 16 januari 2018
1. [naam 1] ,
2. [naam 2] ,
Het geding
,beoogd beschermingsbewindvoerder, en bijgestaan door hun advocaat, alsmede de bewindvoerder.
Gerechtshof Den Haag
In deze zaak gaat het om de verlenging van de schuldsaneringsregeling voor de appellanten, die in financiële problemen verkeren. De rechtbank had eerder de schuldsaneringsregeling beëindigd omdat de appellanten niet voldaan hadden aan hun verplichtingen, waaronder de sollicitatieverplichting. De appellanten hebben hoger beroep ingesteld tegen deze beslissing. Tijdens de mondelinge behandeling op 9 januari 2018 hebben de appellanten, vergezeld van hun advocaat en de bewindvoerder, hun situatie toegelicht. De bewindvoerder heeft bevestigd dat de tekortkomingen in de informatieverplichting zijn hersteld en dat nieuwe schulden zijn afgelost. Echter, de appellanten hebben een langere periode niet aan de sollicitatieverplichting voldaan.
Het hof heeft geoordeeld dat, hoewel de appellanten tekort zijn geschoten in hun verplichtingen, er voldoende aanleiding is om een uitzondering te maken. De appellanten hebben blijk gegeven van inspanning om hun situatie te verbeteren, waaronder het vinden van parttime werk en het solliciteren naar een fulltime baan. Het hof heeft besloten om de schuldsaneringsregeling met 12 maanden te verlengen, tot 18 april 2020, en heeft bepaald dat de appellanten zich moeten laten begeleiden door een beschermingsbewindvoerder. Dit is noodzakelijk om hen te ondersteunen in het voldoen aan hun verplichtingen. Het hof heeft benadrukt dat dit een laatste kans is voor de appellanten om de schuldsaneringsregeling succesvol af te ronden, en dat falen in het nakomen van de verplichtingen kan leiden tot beëindiging van de regeling.