Uitspraak
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
Slotsom afwikkeling huwelijksvermogensrecht, in de laatste zinnen, overwogen:
met voor rekening van de man komende notariskosten en kadasterkosten bij toedeling van de woning aan de man en met de helft van de voor gezamenlijke rekening van de vrouw en de man komende eventuele boetes wegens eventuele vervroegde aflossing van de huidige twee hypothecaire geldleningen bij [hypotheekverstrekker] , en bij de ouders van de vrouw van € 200.000,-”.
deelt toe aan de man de gemeenschappelijke onroerende zaak (de na de echtscheiding voormalige echtelijke woning,) aan de [adres] te [plaats] , echter
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
slotsom afwikkeling huwelijksvermogensrecht”aangeeft dat eventuele boetes bij vervroegde algehele aflossing van de huidige twee hypotheken bij helfte verdeeld moeten worden. Uit de beschikking blijkt duidelijk dat het om een kennelijke fout gaat, de vrouw had zich dan ook bewust moeten zijn of kunnen zijn van het feit dat zij hiervoor aansprakelijk is en de man hier aanspraak op wenst te maken. De vrouw was ook bekend met de boete. Verder stelt de man dat de betreffende boete ook tijdens de mondelinge behandeling is besproken. De man verwijst verder naar het arrest van de Hoge Raad van 13 februari 2004 waarin volgens hem de reikwijdte van artikel 31 Rv is uitgebreid.