Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
arrest van 29 mei 2018
Het geding
Beoordeling van het hoger beroep
Algemeen
nietuitvoerbaar bij voorraad verklaard.
het hof begrijpt: voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, en opnieuw rechtdoende, bij arrest, op alle onderdelen uitvoerbaar bij voorraad voor zover de wet zulks toelaat, geïntimeerden alsnog niet-ontvankelijk te verklaren in hun vordering, althans hen deze te ontzeggen als zijnde ongegrond en/of onbewezen, met veroordeling van geïntimeerden tot betaling van de proceskosten van onderhavige procedures.
- te verklaren voor recht dat appellante op grond van artikel 6:162 van het Burgerlijk Wetboek aansprakelijk is en gehouden is de door geïntimeerden geleden schade te vergoeden;
- te verklaren voor recht, dat deze schade een bedrag groot € 84.000,-, inclusief wettelijke rente vanaf 24 augustus 2016 bedraagt;
- appellante te veroordelen geïntimeerden, naar rato, € 84.000,- inclusief wettelijke rente vanaf 24 augustus 2016, te betalen.
Enige achtergrondinformatie
- het afleggen van rekening en verantwoording ex artikel 4:151 BW juncto artikel 4:161 BW;
- het verschaffen van de inlichtingen ex artikel 4:148 BW.