ECLI:NL:GHDHA:2017:712

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
17 maart 2017
Publicatiedatum
20 maart 2017
Zaaknummer
2200276816
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging vonnis van de rechtbank in hoger beroep inzake aanzetten tot gewelddadig optreden tegen Joden

In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 17 maart 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Den Haag. De verdachte was eerder veroordeeld voor het aanzetten tot gewelddadig optreden tegen Joden, een strafbaar feit dat plaatsvond op 8 maart 2016. De verdachte had in het openbaar kartonnen borden met daarop een hakenkruis en de tekst 'Joden aan het gas' bevestigd aan een raam, wat als aanzetten tot geweld en belediging van een groep mensen werd beschouwd. De rechtbank had de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee weken, waarvan één week voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren.

Tijdens de behandeling in hoger beroep heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die bevestiging van het vonnis vroeg. Het hof heeft het onderzoek in eerste aanleg en het hoger beroep in overweging genomen en is tot de conclusie gekomen dat er geen aanleiding was om van het eerdere oordeel af te wijken. Het hof heeft de relevante wetsartikelen, waaronder artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht, in acht genomen en heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd, met de aanvulling van de genoemde wetsartikelen.

De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer voor strafzaken, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken. Mr. H.W. Samson-Geerlings was niet in staat om het arrest te ondertekenen, maar de andere rechters hebben dit wel gedaan. De zaak benadrukt de ernst van het aanzetten tot geweld tegen specifieke groepen en de juridische consequenties die daaruit voortvloeien.

Uitspraak

Rolnummer: 22-002768-16
Parketnummer: 09-084298-16
Datum uitspraak: 17 maart 2017
TEGENSPRAAK

Gerechtshof Den Haag

meervoudige kamer voor strafzaken

Arrest

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Den Haag van 13 juni 2016 in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
ten tijde van de behandeling ter terechtzitting in hoger beroep uit anderen hoofde gedetineerd in [Huis van Bewaring].
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van dit hof op
3 maart 2017.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het ten laste gelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twee weken, waarvan één week voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren.
Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
Hij op of omstreeks 8 maart 2016 te Den Haag althans in Nederland in het openbaar, bij geschrift en/of afbeelding, heeft aangezet tot gewelddadig optreden tegen persoon of goed van mensen te weten Joden wegens hun ras en/of religie door (zichtbaar vanaf de openbare weg) kartonnen borden tegen het raam te bevestigen met daarop de afbeelding van een hakenkruis en/of de tekst ‘Joden aan het gas’ althans woorden van gelijke aard en/of strekking;
En/of
Hij op of omstreeks 8 maart 2016 te Den Haag althans in Nederland in het openbaar, bij geschrift en/of afbeelding (telkens) opzettelijk beledigend zich heeft uitgelaten over een groep mensen, te weten Joden wegens hun ras en/of religie, door (zichtbaar vanaf de openbare weg) kartonnen borden tegen het raam te bevestigen met daarop de afbeelding van een hakenkruis en/of de tekst ‘Joden aan het gas’ althans woorden van gelijke aard en/of strekking.
Vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep wordt bevestigd.
Het vonnis waarvan beroep
De behandeling van de zaak in hoger beroep heeft het hof - ook met toepassing van artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht - niet gebracht tot andere beschouwingen en beslissingen dan die van de eerste rechter.
Aangezien de verdachte na de datum waarop het door de eerste rechter bewezen verklaarde feit gepleegd is opnieuw tot een straf is veroordeeld, zal het hof de in het vonnis waarvan beroep aangehaalde wetsartikelen aanvullen met artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht.
Het vonnis waarvan beroep dient derhalve met de aanvulling als voormeld te worden bevestigd.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 63, 137c en 137d van het Wetboek van Strafrecht, zoals zij rechtens gelden dan wel golden.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Dit arrest is gewezen door mr. J.M. van de Poll,
mr. H.P.CH. van Dijk en mr. H.W. Samson-Geerlings,
in bijzijn van de griffier mr. L.E.A. Jonkers.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 17 maart 2017.
Mr. H.W. Samson-Geerlings is buiten staat dit arrest te ondertekenen.