Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
arrest van 21 februari 2017
Het geding
Beoordeling van het hoger beroep
Algemeen
- geïntimeerde te veroordelen tot onmiddellijke betaling aan appellante van alle gelden en afgifte van alle goederen die hij uit de erfenis van erflater onrechtmatig in zijn bezit heeft gekregen;
- subsidiair om voor recht te verklaren dat geïntimeerde onrechtmatig heeft gehandeld ten opzichte van geïntimeerde
- meer subsidiair geïntimeerde te veroordelen tot betaling van schadevergoeding ex artikel 6:212 BW. Deze schade dient bij staat opgemaakt te worden,
Het geschil
de uit het vonnis van 6 maart 1967 voortvloeiende alimentatieverplichting.’Dit terwijl geïntimeerde heeft verklaard dat hij destijds op de hoogte was van het bestaan van voormeld alimentatievonnis, aldus appellante. Zij is dan ook van mening dat geïntimeerde niet is geslaagd in het leveren van tegenbewijs zoals opgedragen bij het bestreden vonnis.