ECLI:NL:GHDHA:2017:4101
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Toepassing van de schuldsaneringsregeling na afwijzing door de rechtbank
In deze zaak heeft [appellant] hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Den Haag, waarin zijn verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling werd afgewezen. De rechtbank oordeelde dat niet voldoende aannemelijk was dat [appellant] de verplichtingen uit de schuldsaneringsregeling zou nakomen, mede vanwege ernstige psychosociale problemen. In hoger beroep heeft [appellant] een aanvullende verklaring van zijn therapeut overgelegd, waaruit blijkt dat zijn psychische gesteldheid stabiel is en dat hij gemotiveerd is om zijn schulden aan te pakken. Het hof heeft de stukken en het verhandelde ter zitting in overweging genomen en is tot de conclusie gekomen dat [appellant] nu wel voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij in staat is om de verplichtingen na te komen. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank vernietigd en de toepassing van de schuldsaneringsregeling uitgesproken. Tevens is benadrukt dat [appellant] gedurende de regeling alles in het werk moet stellen om een fulltime baan te vinden en dat hij de aanwijzingen van de bewindvoerder moet opvolgen. Bij gebreke hiervan kan de regeling tussentijds beëindigd worden.