Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[de verdachte],
respectievelijk zoonsmeermalen heeft geslagen met een of meerdere voorwerp(en)
mishandeling, begaan tegen zijn kind, meermalen gepleegd.
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden.
Gerechtshof Den Haag
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 11 augustus 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Rotterdam. De verdachte, een vader, was eerder vrijgesproken van mishandeling van zijn drie minderjarige kinderen. De officier van justitie ging in hoger beroep, waarna het hof de zaak opnieuw heeft beoordeeld. De verdachte werd beschuldigd van het jarenlang mishandelen van zijn kinderen, waarbij hij hen met verschillende voorwerpen en met de hand heeft geslagen en geschopt. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte in de periode van 27 november 2007 tot en met 18 januari 2012 opzettelijk zijn kinderen heeft mishandeld, wat heeft geleid tot pijn en letsel bij de kinderen.
Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden, waarvan 9 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar. Het hof heeft daarbij rekening gehouden met de ernst van de feiten, de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en het feit dat hij actief meewerkt aan een multidimensionale familietherapie. De verdachte had geen eerdere justitiële contacten, wat in zijn voordeel werd meegewogen. Het hof heeft ook geconstateerd dat de redelijke termijn voor de behandeling van de zaak is overschreden, maar heeft besloten om hier niet verder op in te gaan, aangezien de verdachte reeds tijd in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.
De uitspraak benadrukt de ernst van kindermishandeling en de impact daarvan op de ontwikkeling van kinderen. Het hof heeft de verdachte schuldig bevonden aan de tenlastelegging, maar heeft ook vastgesteld dat niet alles wat hem ten laste was gelegd bewezen kon worden. De uitspraak is een belangrijke stap in de rechtsgang voor de slachtoffers en onderstreept de noodzaak van bescherming van minderjarigen.