ECLI:NL:GHDHA:2017:2112
Gerechtshof Den Haag
- Raadkamer
- B. van Walderveen
- H.C. Grootveld
- H.A. Holthuis
- Rechtspraak.nl
Afwijzing hoger beroep inzake prematuur verzoek ex artikel 591a Sv
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 13 juli 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beschikking van de rechtbank Den Haag van 29 november 2016. De zaak betreft een verzoekschrift dat door de verzoeker was ingediend op grond van artikel 591a van het Wetboek van Strafvordering, waarin hij verzocht om een schadevergoeding in verband met de vervreemding van een inbeslaggenomen bestelauto. De rechtbank had het verzoek van de verzoeker niet-ontvankelijk verklaard, omdat het verzoek prematuur was ingediend; de beslissing op een eerder klaagschrift was nog niet onherroepelijk. Het hof heeft het hoger beroep behandeld op 15 juni 2017, waarbij de advocaat van verzoeker en de advocaat-generaal aanwezig waren. Verzoeker zelf was niet verschenen. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot afwijzing van het hoger beroep. Het hof heeft geoordeeld dat de rechtbank terecht had geoordeeld dat de verzoeker niet-ontvankelijk was in zijn verzoek, omdat de voorwaarde voor het indienen van een ontvankelijk verzoek nog niet was vervuld. Het hof heeft de beschikking van de rechtbank bevestigd en het hoger beroep afgewezen.