Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[naam],
hij in of omstreeks de periode van 14 mei 2015 tot en met 15 mei 2015 te [woonplaats] opzettelijk en al dan niet met voorbedachten rade [slachtoffer 1] van het leven heeft beroofd door, al dan niet na kalm beraad en rustig overleg, die [slachtoffer 1] een of meermalen met een mes in het lichaam te steken/snijden (te weten onder meer in de borstkas (links) en/of in de hals (rechts));
hij op of omstreeks 12 september 2014 te [woonplaats] een persoon, genaamd [slachtoffer 2] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht, althans met zware mishandeling, immers heeft verdachte opzettelijk dreigend een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, aan die - zich in zijn verdachte's nabijheid bevindende - [slachtoffer 2] getoond.
hij
in of omstreeks de periode vanop14 mei 2015
tot en met 15 mei 2015te [woonplaats] opzettelijk
en al dan niet met voorbedachten rade[slachtoffer 1] van het leven heeft beroofd door
, al dan niet na kalm beraad en rustig overleg,die [slachtoffer 1]
een ofmeermalen met een mes in het lichaam te steken
/snijden(te weten onder meer in de borstkas (links) en
/ofin de hals (rechts));
hij op
of omstreeks12 september 2014 te [woonplaats] een persoon, genaamd [slachtoffer 2], heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht,
althans met zware mishandeling,immers heeft verdachte opzettelijk dreigend een mes
, althans een scherp en/of puntig voorwerp,aan die - zich in
zijnverdachte's nabijheid bevindende - [slachtoffer 2] getoond.
linkeroksel is aangetroffen (Herzien NFI rapport d.d. 24 maart 2016, dossier pagina 276 en 287, ten aanzien van letsel B).
rechtslangs het slachtoffer heeft gemanoeuvreerd waarbij hij het slachtoffer tijdens dat voorbijgaan drie keer heeft gestoken. In dit verband wordt verwezen naar hetgeen op de reconstructievideo is te zien.
doodslag.
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht.
- Het reclasseringsadvies van het Leger des Heils Jeugdbescherming & Reclassering d.d. 5 augustus 2015, opgemaakt en ondertekend door [x];
- Het Pro Justitia rapport d.d. 18 juni 2015, opgemaakt en ondertekend door dr. D.J. Vinkers, psychiater;
- Het Pro Justitia rapport d.d. 25 juni 2015, opgemaakt en ondertekend door drs. S.P. van der Hoorn, GZ-psycholoog;
- Het Pro Justitia rapport van het Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie (PBC-rapport) d.d. 10 februari 2016, opgemaakt en ondertekend door G.M. Jansen, GZ-psycholoog en R.J.P. Rijnders, psychiater.
mogelijk ten tijde vande twee ten laste gelegde feiten – sprake was van een ziekelijke stoornis. Deze ziekelijke stoornis bestond uit psychotische belevingen als akoestische verschijnselen (stemmen horen) en een sterk pathologische interpretatie van gebeurtenissen, i.c. betrekkings- grootheids- en paranoïde waanachtige gedachten c.q. waandenken. De deskundigen stellen derhalve een niet nader te specifiëren ziekelijke stoornis van de geestvermogens vast, te classificeren als een psychotische stoornis NAO (niet anderszins omschreven).
in ieder geval) op 14 mei 2015 heeft beïnvloed. In dit verband is van belang dat uit het dossier blijkt dat de verdachte in de periode voorafgaand aan 14 mei 2015 fors terugtrekgedrag vertoonde. Volgens degene bij wie hij sinds oktober 2014 in huis (in [woonplaats]) verbleef ([getuige 2]), was er uiteindelijk zelfs geen contact meer mogelijk met de verdachte. Er waren zelfs geen begroetingen meer, de verdachte ging volledig zijn eigen gang. Op 14 mei 2015 heeft de verdachte die woning in [woonplaats] verlaten, zonder nadere verklaring en onder achterlating van de huissleutels. Vast staat dat de verdachte vervolgens vanuit [woonplaats] naar zijn kamer in [woonplaats] is gelopen. Daar is hij naar eigen zeggen na 19:00 uur aangekomen. Vervolgens vond nog geen twee uur later het delict plaats. Het slachtoffer sprak hem aan op zijn gedrag en de reactie van de verdachte was, zeker gezien de omstandigheden – want het ging immers slechts om een discussie over het wegruimen van de vaat – extreem agressief. Het beeld dat hieruit naar voren komt, past bij het beeld dat de psycholoog van de verdachte schetst en op basis waarvan deze tot de conclusie komt dat sprake is van een ziekelijke stoornis.
14 mei 2015zodanig heeft beïnvloed dat dat feit hem slechts in verminderde mate kan worden toegerekend.
€ 12.182,00 aansprakelijk is voor de schade die door het bewezen verklaarde is toegebracht, zal het hof aan de verdachte de verplichting opleggen dat bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente, aan de Staat te betalen ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 1].
€ 18.378,00 aansprakelijk is voor de schade die door het bewezen verklaarde is toegebracht, zal het hof aan de verdachte de verplichting opleggen dat bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente, aan de Staat te betalen ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 2].
€ 7.302,21 aansprakelijk is voor de schade die door het bewezen verklaarde is toegebracht, zal het hof aan de verdachte de verplichting opleggen dat bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente, aan de Staat te betalen ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 3].
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
8 (acht) jaren.
ter beschikking wordt gestelden beveelt dat hij van overheidswege zal worden verpleegd.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1]
€ 12.182,00 (twaalfduizend honderdtweeëntachtig euro) ter zake van materiële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 12.182,00 (twaalfduizend honderdtweeëntachtig euro) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
95 (vijfennegentig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2]
€ 18.378,00 (achttienduizend driehonderdachtenzeventig euro) ter zake van materiële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 18.378,00 (achttienduizend driehonderdachtenzeventig euro) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
126 (honderdzesentwintig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 3]
€ 7.302,21 (zevenduizend driehonderdtwee euro en eenentwintig cent) ter zake van materiële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 7.302,21 (zevenduizend driehonderdtwee euro en eenentwintig cent) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
71 (eenenzeventig) dagen hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
teruggaveaan de verdachte van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: