ECLI:NL:GHDHA:2016:727
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- A.N. Labohm
- A.H.N. Stollenwerck
- A.S. Mertens-de Jong
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake voeging van civiele zaken met geschillen over verdeling en uitvoerbaarheid bij voorraad
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat door de man is ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Rotterdam. De man, vertegenwoordigd door advocaat mr. C.W.F. Jansen, heeft op 16 mei 2014 hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van 19 februari 2014 en een herstelvonnis van 9 april 2014. De vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. C.K. Visser, heeft in incidenteel appel gevorderd dat de man wordt veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 152.652,- met wettelijke rente. Tijdens de procedure is er een verzoek gedaan tot schorsing van de uitvoerbaarverklaring bij voorraad, welke door het hof op 5 augustus 2014 is toegewezen.
De man heeft in zijn memorie van grieven aangegeven dat er een andere zaak bij het hof loopt die inhoudelijk verweven is met de onderhavige zaak. Het hof heeft geoordeeld dat de zaken met de zaaknummers 200.139.675/01 en 200.149.441/01 moeten worden gevoegd om tegenstrijdige uitspraken te voorkomen. De beslissing om de zaken te voegen is genomen in het belang van de rechtszekerheid en de efficiëntie van de rechtsgang.
Het hof heeft de zaak aangehouden tot de rol van 15 maart 2016 in verband met de voortzetting van de enquête en contra-enquête in de andere zaak. Het arrest is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 19 januari 2016 in aanwezigheid van de griffier.