En:
“Bij de berekening van het doelvermogen per locatie de volgende stappen onderscheiden:
vaststellen van de uit te voeren werkzaamheden en te treffen maatregelen (inclusief risico's),
de periodiciteit waarin deze werkzaamheden/maatregelen moeten worden uitgevoerd alsmede de daaraan verbonden kosten;
de geprognosticeerde uitgave voor werkzaamheid/maatregel in een bepaald jaar in de nazorgfase kapitaliseren naar het jaar van aanvang van de nazorg rekening houdend met een Inflatiecorrectie en een correctie voor verwacht rendement;
tot slot wordt het totaal doelvermogen bij aanvang nazorg berekend door de som van alle benodigde reserveringen op te tellen.
De hoogte van het doelvermogen bij aanvang van de nazorg wordt dus bepaald door alle kosten in verband met de uitvoering van de nazorg - inclusief risico's - om te rekenen naar het jaar van aanvang nazorg. Bij die omrekening wordt rekening gehouden met zowel Inflatie als renteontwikkelingen. De uit te voeren werkzaamheden/te treffen maatregelen worden ontleend aan de door de exploitanten op te stellen en door GS goed te keuren nazorgplannen.
Indien na vaststelling van een doelvermogen tijdens de exploitatiefase blijkt dat ofwel het doelvermogen moet worden bijgesteld dan wel de opbrengst van de nazorgheffing - inclusief rendementen - hoger dan wel lager is dan het bedrag dat nodig is om de kosten te bestrijden die naar verwachting met de nazorg van die stortplaats gemoeid zullen zijn, kan het bedrag van de nazorgheffing voor aanvang van elk heffingsjaar opnieuw worden vastgesteld.
Gewijzigde inzichten voor wat betreft de nazorgtechniek zal tot uitdrukking moeten komen in een aanpassing van het nazorgplan. De wenselijkheid van herijking van het nazorgplan zal periodiek bezien worden. Zowel de exploitant als het bevoegd gezag kunnen daar aanleiding toe zien. In onderling overleg zal bezien worden of het nazorgplan aangepast dient te worden.
Jaarlijks zal bezien worden of ontwikkelingen in de financiële parameters aanleiding geven tot bijstelling van het doelvermogen. Daarbij worden niet op voorhand vaste ijkpunten voor aanpassing van de berekeningen geformuleerd.
3. Ten aanzien van het tijdstip van sluiting gaat het om het tijdstip waarop de sluiting in werking treedt. In de sluitingsverklaring kan geregeld zijn dat de inwerkingtreding van de sluiting een ander moment is dan dat datum waarop de sluitingverklaring wordt afgegeven.
De datum van aanvang van nazorg wordt gebruikt als datum waarop wordt bezien of er voldoende rendement is gerealiseerd op de geïnde nazorgheffing zodanig dat het vereiste niveau van het definitieve doelvermogen is gerealiseerd. Mede op basis van deze realisatie wordt de definitieve heffing bepaald.
Bij de afgifte van de sluitingsverklaring wordt op basis van de gegevens van de laatstleden door Provinciale Staten vastgestelde jaarrekening van het fonds de voorlopige eindstand van het opgebouwde doelvermogen van de betreffende stortplaats bepaald. Hieruit volgt een indicatie van de definitieve heffing.
De definitieve afrekening vindt plaats op basis van de gegevens van de door Provinciale Staten vastgestelde jaarrekening van het fonds van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de sluitingsprocedure volledig wordt afgewikkeld.
De definitieve heffing wordt gebaseerd op het verschil tussen het definitieve doelvermogen per sluitingsdatum en de stand van de reserve per jaarultimo van de laatst vastgestelde jaarrekening.
Het definitieve doelvermogen wordt bepaald aan de hand van de beschikking van GS ten aanzien van het definitieve nazorgplan. Deze zal vaak pas in het jaar van afgifte van de sluitingsverklaring worden opgesteld.
Over de stand van de reserve per 1 januari van het jaar waarin de stortplaats wordt gesloten, vindt een rentevergoeding plaats over de periode van 1 januari tot de sluitingsdatum.
Deze rentevergoeding wordt berekend op basis van het gemiddelde van het driemaands Euribor tarief voor de bedoelde periode.
Over een eventueel te restitueren bedrag wordt een rentevergoeding verleend, berekend over de periode dat de betaling door de provincie later plaatsvindt dan zes weken na sluitingsdatum op basis van het gemiddelde van het driemaands Euribor tarief voor de bedoelde periode.”