ECLI:NL:GHDHA:2016:2802
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in hoger beroep voor diefstal van sieraden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 21 september 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Den Haag. De verdachte, geboren in 1996, was eerder veroordeeld tot een taakstraf van vijftig uren, subsidiair vijfentwintig dagen hechtenis, voor diefstal van diverse sieraden. De tenlastelegging betrof diefstal met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, gepleegd op of omstreeks 30 oktober 2015 te Katwijk, waarbij de verdachte samen met anderen of alleen verschillende sieraden zou hebben weggenomen.
Tijdens de zittingen in zowel eerste aanleg als hoger beroep heeft het hof kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en de verdediging van de verdachte. Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd, omdat het zich niet kon verenigen met de eerdere veroordeling. Het hof oordeelde dat niet wettig en overtuigend bewezen was dat de verdachte het primair en subsidiair ten laste gelegde had begaan. Daarom sprak het hof de verdachte vrij van alle beschuldigingen.
De uitspraak benadrukt het belang van bewijs in strafzaken en de rol van het hof in het heroverwegen van eerdere vonnissen. De beslissing van het hof is genomen in het kader van de waarborgen van een eerlijk proces en de bescherming van de rechten van de verdachte.