ECLI:NL:GHDHA:2016:2792

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
10 augustus 2016
Publicatiedatum
26 september 2016
Zaaknummer
22-004948-13
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om vergoeding van kosten van rechtsbijstand in strafzaak

In deze zaak heeft de verzoeker, geboren in Somalië in 1993, bij het Gerechtshof Den Haag een verzoekschrift ingediend om vergoeding van kosten van rechtsbijstand. Dit verzoek betreft de kosten voor het opstellen van een verzoekschrift ex artikel 591 van het Wetboek van Strafvordering, met een eventueel bedrag van € 550,- indien het verzoek mondeling wordt toegelicht in de raadkamer. Het hof heeft eerder op 21 maart 2014 een arrest gewezen waarin het vonnis van de rechtbank Rotterdam van 12 oktober 2012 werd vernietigd. De verzoeker was ter zake van het onder 1 bewezen verklaarde veroordeeld tot een gevangenisstraf van 4 jaar en 6 maanden, met aftrek van voorarrest. Het verzoek is behandeld in de raadkamer op 13 juli 2016, waar de advocaat en de advocaat-generaal, mr. S.A. Minks, aanwezig waren. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot toewijzing van het verzoek. Het hof heeft geoordeeld dat er gronden van billijkheid zijn om de kosten van rechtsbijstand voor vergoeding in aanmerking te laten komen. Aangezien het verzoek identiek is aan dat van de medeverzoeker, is het verzoek ponds-pondsgewijs toegewezen. De beslissing van het hof is op 10 augustus 2016 in het openbaar uitgesproken, waarbij een vergoeding van € 280,- aan de verzoeker is toegekend, en het meer of anders verzochte is afgewezen. De beschikking is ondertekend door de voorzitter en de griffier.

Uitspraak

Datum uitspraak: 10 augustus 2016
Rolnummer: 22-004948-12

GERECHTSHOF DEN HAAG

meervoudige raadkamer

BESCHIKKING

gewezen naar aanleiding van een ter griffie van dit hof ingekomen verzoekschrift, op grond van artikel 591a van het Wetboek van Strafvordering ingediend namens:

[verzoeker],

geboren te [geboorteplaats] (Somalië) op [geboortejaar] 1993,
in deze zaak woonplaats kiezende ten kantore van zijn advocaat, mr. G. Sluiter aan de Linnaeusstraat 2A, te 1017 EM Amsterdam.
Procesgang
Dit gerechtshof heeft bij arrest van 21 maart 2014 het vonnis van meervoudige kamer in de rechtbank Rotterdam van 12 oktober 2012 vernietigd, de verdachte ter zake van het onder 2 ten laste gelegde vrijgesproken en de verdachte ter zake van het onder 1 bewezen verklaarde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaar en 6 maanden, met aftrek van voorarrest.
Dit arrest is inmiddels onherroepelijk geworden.
Namens de verzoeker is vervolgens bij tijdig ter griffie van dit hof ingekomen verzoekschrift vergoeding gevraagd ter zake van kosten van het door zijn advocaat opstellen van een verzoekschrift ex artikel 591 van het Wetboek van Strafvordering, eventueel te vermeerderen tot een bedrag van € 550,-, indien het verzoekschrift in raadkamer door de advocaat mondeling wordt toegelicht.
De raadkamer van het hof heeft het verzoek in het openbaar op 13 juli 2016 behandeld. Daarbij zijn gehoord de advocaat en de advocaat-generaal mr. S.A. Minks. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot
toewijzing van het verzoek.
Beoordeling van het verzoek
Nu het hof bij beschikking van heden het verzoek tot schadevergoeding ex artikel 591 van het Wetboek van Strafvordering van verzoeker heeft toegewezen, acht het hof gronden van billijkheid aanwezig om de voormelde kosten van rechtsbijstand voor vergoeding in aanmerking te laten komen tot het gebruikelijke tarief.
Het onderhavige verzoekschrift is echter identiek als het verzoekschrift in de zaak van de medeverzoeker [medeverzoeker]. Tevens hebben de raadslieden een toelichting gegeven die beide zaken betrof. Gelet hierop zal het verzoek ponds-pondsgewijs worden toegewezen.
Beslissing
Het hof:
Wijst het verzoek toe en kent aan de verzoeker ten laste van de Staat een vergoeding toe van
€ 280,-.
Wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door
mr. R.A.Th.M. Dekkers, voorzitter, mrs. S. van Dissel en Tj.E. van der Spoel, leden, in bijzijn van de griffier mr. M.Th.A. de Ridder, en op 10 augustus 2016 in het openbaar uitgesproken.
Deze beschikking is ondertekend door de voorzitter en de griffier.

BEVELSCHRIFT VAN TENUITVOERLEGGING

Beveelt de tenuitvoerlegging van vorenstaande beschikking en mitsdien de betaling ten laste van de Staat der Nederlanden door de griffier van dit hof van een bedrag van

€ 280,-

ten gunste van de verzoeker [verzoeker],
op het door zijn advocaat, mr. Sluiter, nog op te geven bankrekeningnummer.
Den Haag, 10 augustus 2016
De voorzitter,
R.A.Th.M. Dekkers,