GERECHTSHOF DEN HAAG
Afdeling Civiel recht
Zaaknummer : 200.174.768/01
Zaaknummer rechtbank : C/09/467930 / HA ZA 14-710
arrest van 27 september 2016
PRINCIPAL FINANCIAL COMPANY B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
appellante,
hierna te noemen: PFC,
advocaat: mr. Sinninghe Damsté te Amsterdam,
VENN PARTNERS LLP,
gevestigd te Reading (Berkshire), Verenigd Koninkrijk,
geïntimeerde,
hierna te noemen: Venn,
advocaat: mr. D.F. Lunsingh Scheurleer te Amsterdam.
Bij exploot van 10 juni 2015 is PFC in hoger beroep gekomen van een door de rechtbank Den Haag tussen partijen gewezen vonnis van 11 maart 2015.
Bij memorie van grieven met producties heeft PFC negen grieven aangevoerd. Bij memorie van antwoord heeft Venn de grieven bestreden.
Vervolgens hebben partijen op 7 juni 2016 de zaak doen bepleiten, PFC door mrs. Sinninghe Damsté en Van Emmerik, beiden advocaat te Amsterdam, en Venn door mrs. Lunsingh Scheurleer en Vreede, beiden advocaat te Amsterdam, allen aan de hand van overgelegde pleitnotities. Ten slotte hebben partijen de stukken overgelegd en is arrest gevraagd.
Beoordeling van het hoger beroep
1. De rechtbank heeft de tussen partijen vaststaande feiten opgesomd. Voor zover grief
één erover klaagt dat de rechtbank daarbij bepaalde feiten niet of onvoldoende heeft weergegeven, kan deze grief reeds daarom niet (op zichzelf) tot vernietiging van het vonnis leiden, omdat geen rechtsregel de rechter verplicht uitsluitend feiten op te nemen die dragend zijn voor de tussen partijen te nemen beslissing en evenmin om alle feiten op te nemen. De weergave van de feiten dient slechts als schets van de feitelijke achtergrond van het geschil. Het hof zal uitgaan van de door de rechtbank vastgestelde feiten.
2. Het gaat in deze zaak om het volgende.
2.1 PFC is een onafhankelijke dienstverlener op het gebied van vastgoed gerelateerde
investeringen. Venn is specialistisch adviseur en investeringsplatform op het gebied van kredieten. Venn legt zich toe op de Europese markt van “asset based finance”, onder andere op het gebied van commercieel vastgoed, consumentenkrediet en woninghypotheekleningen.
2.2 Medio 2010 is PFC benaderd door GE Artesia Bank (hierna: Artesia) over de
mogelijke aankoop van een portefeuille bestaande uit hypothecaire leningen, ter waarde van ongeveer € 676 miljoen (hierna: de portefeuille). Hierover hebben vanaf september 2010 gesprekken plaatsgevonden tussen PFC en Artesia en op 23 oktober 2010 is door Artesia en PFC een non-disclosure agreement getekend. In januari 2011 zijn de gesprekken tussen Artesia en PFC over de aankoop van de portefeuille gestaakt.
2.3 Vanaf eind juli 2011 zijn de gesprekken tussen Artesia en PFC over de aankoop van
de portefeuille hervat en heeft PFC diverse werkzaamheden verricht in het kader van die mogelijke aankoop.
2.4 PFC was voornemens de beoogde aankoop van de portefeuille te laten plaatsvinden
door een op te richten entiteit (special purpose vehicle, hierna: SPV), die de aandelen zou kopen van de vennootschappen die rechthebbenden waren van de diverse hypothecaire leningen. De koopprijs zou worden gefinancierd door een door PFC aan te trekken senior loan en equity loan, waarbij de equity loan in rang is achtergesteld bij de senior loan. PFC had reeds een investeerder gevonden voor de senior loan (Natixis); zij was op zoek naar een investeerder voor de equity loan. In dat kader is zij in contact gekomen met Venn. Na de aankoop van de portefeuille was PFC voornemens (als arrangeur) ook de portefeuille te (doen) beheren.
2.5 Op 3 januari 2012 heeft PFC aan Artesia onder meer gemaild:
“We have been working on project Amsterdam over the Christmas period to formalise our offer and to plan execution for the detailed due diligence and acquisition process. (…) Today we did have a session on the required bridge financing and the conclusion of the session is that (senior) bridge-loan provider did not yet obtain approval to provide the required senior tranche in the proposed transaction. Therefore, and in line with what we agreed, we think it’s fair to inform you that we will need more time to formalise our full covered bid for project Amsterdam. (…)”
Met Project Amsterdam wordt door PFC de onder 2.2 genoemde investeringsmogelijkheid bedoeld.
2.6 Het contact tussen PFC en Venn is tot stand gekomen in maart 2012, door
tussenkomst van [D] van AIG, een wederzijds contact van PFC en Venn. Op 28 maart 2012 heeft [C], partner van Venn, een gesprek gehad met [D]. Naar aanleiding van dat gesprek heeft [C] op 28 maart 2012 aan collega-partner [F] gemaild:
“[They] were approached to look at a 700m Dutch RMBS acquisition. X team of ABN guys (…) who have an exclusivity to buy portfolio at 90% price, they claim to have financing from natixis and Rabo, and need 150m equity. (…)
Am trying to get to talk to them
Seems like a good piece for us to try to place and put a small invest into. (…)”
[C] heeft [D] de volgende dag gemaild:
“Also let me know about your Dutch guys – very keen to catch them before i leave tomorrow”,
waarna [D] per mail van dezelfde dag, met kopie aan [C], aan [L] van PFC heeft gevraagd contact op te nemen met [C]. In reactie op deze mail, eveneens op 29 maart 2012, heeft [C] aan [D] en [L] gemaild:
“[D] gave me an overview of what you guys are trying to do. We would be keen to explore this with you.”
[L] heeft hierop per mail van dezelfde dag aan [C] geantwoord:
“we will send you an NDA and provide you the necessary info to explore the opportunity.”
Vervolgens, per mail van 29 maart 2012, heeft [J] van PFC aan Venn een Non Disclosure Agreement (NDA) gestuurd. [J] schrijft daarbij:
“Please find attached our version of the NDA we have in place with others as well on project Amsterdam.
As soon as we have the doc signed I will send over the info-pack.”
In de door PFC toegezonden NDA staat onder meer:
“
BACKGROUND
A) PFC have approached Venn and made a proposal to consider the possible investment in certain assets sourced and structured by the PFC (the
Joint Collaboration).
B) Confidential Information has been and/or will be provided between PFC and Venn (the
Partiesand each a
Party) with respect to the Product & Services offered by PFC in relation to the Joint Collaboration.