ECLI:NL:GHDHA:2016:2657

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
13 september 2016
Publicatiedatum
13 september 2016
Zaaknummer
200.196.564/01
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging faillissement en beëindigingsovereenkomst in hoger beroep

In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 13 september 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep inzake Spectrum Communicatie Groep B.V., die eerder op 26 juli 2016 door de rechtbank Den Haag in staat van faillissement was verklaard. Spectrum, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.W. Uiterlinden, heeft het hof verzocht het faillissementsvonnis te vernietigen. De curator, mr. F.J. Hordijk, heeft verslag uitgebracht aan het hof en aangegeven dat er naast de vorderingen van de betrokkenen slechts één concurrente schuldeiser, de ING Bank N.V., een beperkte vordering had ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling op 30 augustus 2016 is er een schikking bereikt tussen Spectrum, de geïntimeerde en een derde betrokkene, wat leidde tot de toezending van beëindigingsovereenkomsten aan het hof.

Het hof heeft beoordeeld of er summierlijk bewijs was van het vorderingsrecht van de geïntimeerde en of Spectrum in een toestand verkeerde van te hebben opgehouden te betalen. Het hof concludeerde dat dit niet het geval was en vernietigde het vonnis van de rechtbank. Het verzoek tot faillietverklaring van Spectrum werd afgewezen, en de faillissementskosten werden vastgesteld op € 7.521,- inclusief BTW, die ten laste van Spectrum werden gebracht. De griffier van het hof werd opgedragen om de rechtbank Den Haag van deze uitspraak op de hoogte te stellen.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Afdeling Civiel recht
Zaaknummer : 200.196.564/01
Rekestnummer rechtbank : C/09/513853/FT RK 16/1419

arrest van 13 september 2016

inzake

Spectrum Communicatie Groep B.V.,

gevestigd te Zoetermeer,
appellante,
hierna te noemen: Spectrum,
advocaat: mr. J.W. Uiterlinden te Zoetermeer,
tegen

[geïntimeerde],

wonende te [woonplaats],
geïntimeerde,
hierna te noemen: [geïntimeerde],
advocaat: mr. A.A. Slager te Zoetermeer.

Het geding

Bij vonnis van de rechtbank Den Haag van 26 juli 2016 is Spectrum in staat van faillissement verklaard, met benoeming van mr. C.M. Derijks tot rechter-commissaris en met aanstelling van mr. F.J. Hordijk, advocaat te Naaldwijk, als curator. Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie van het hof op 3 augustus 2016, is Spectrum van voornoemd vonnis in hoger beroep gekomen en heeft zij het hof verzocht dat vonnis te vernietigen. Bij brieven van 15 augustus en 16 augustus heeft Spectrum nog stukken overgelegd. De curator heeft bij faxbrief van 29 augustus 2016 schriftelijk verslag uitgebracht aan het hof. Bij brief van 9 september 2016 heeft de curator nog stukken aan het hof doen toekomen.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 30 augustus 2016. Aldaar zijn verschenen: de heer [bestuurder], (indirect) bestuurder van Spectrum, bijgestaan door mr. J.W. Uiterlinden en mr. M.W.M. Souren, advocaat te Zoetermeer, [geïntimeerde] in persoon, bijgestaan door mr. A.A. Slager, en mr. F.J. Hordijk, curator.
Bij faxbrief van 8 september 2016 heeft Spectrum stukken aan het hof toegezonden. Bij faxbrief van 9 september 2016 heeft mr. Hordijk nog een stuk aan het hof toegezonden.

Beoordeling van het hoger beroep

1. In het bestreden vonnis heeft de rechtbank overwogen dat summierlijk is gebleken van het bestaan van feiten en omstandigheden die aantonen dat Spectrum in de toestand verkeert dat zij heeft opgehouden te betalen en van het vorderingsrecht van [geïntimeerde]. Op die grond heeft de rechtbank Spectrum in staat van faillissement verklaard.
2. Ter zitting van het hof is tussen Spectrum, [geïntimeerde] en betrokkene [betrokkene] een schikking bereikt in het onderliggende geschil inzake de doorbetaling van loon, waarover in hoger beroep een verzoek van Spectrum tot ontbinding van de arbeidsovereenkomsten met [geïntimeerde] en [betrokkene] bij het hof aanhangig is. Bij bovengenoemde brief van 8 september 2016 heeft Spectrum het hof de op schrift gestelde beëindigingsovereenkomsten met [geïntimeerde] en [betrokkene] toegestuurd en bericht dat de salariskosten van de curator zijn voldaan. Daarbij heeft Spectrum betalingsbewijzen aan [geïntimeerde], [betrokkene] en de curator aan het hof doen toekomen.
3. De curator heeft in zijn verslag gemeld dat er naast de vorderingen van [geïntimeerde] en [betrokkene] door slechts één concurrente schuldeiser een vordering is ingediend. Het betreft de ING Bank N.V. met een beperkte vordering van € 3.802,09. Deze vordering kan worden voldaan door de zustervennootschap van Spectrum, Spectrum Advertising B.V., aldus de curator. Daarnaast is door een derde € 5.000,- op de derdenrekening van de curator gestort ter dekking van lopende kosten. Gelet hierop heeft de curator het hof geadviseerd het faillissement te vernietigen.
5. Gelet op het voorgaande is het hof van oordeel dat in hoger beroep niet summierlijk is gebleken van het vorderingsrecht van [geïntimeerde] en niet summierlijk is gebleken van feiten en omstandigheden die meebrengen dat Spectrum verkeert in een toestand van te hebben opgehouden te betalen.
6. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat het bestreden vonnis zal worden vernietigd.

Beslissing

Het hof:
- vernietigt het vonnis van de rechtbank Den Haag van 26 juli 2016,
En, opnieuw rechtdoende:
- wijst het verzoek tot faillietverklaring van Spectrum af;
- stelt het bedrag van de faillissementskosten en het salaris van de curator vast op € 7.521,- inclusief BTW en brengt dit bedrag ten laste van Spectrum, met veroordeling van Spectrum om bedoeld bedrag en bedoelde kosten te voldoen,
- bepaalt dat de griffier van dit hof onverwijld kennis geeft van deze uitspraak aan de griffier van de rechtbank Den Haag.
Dit arrest is gewezen door mrs. C.J. Verduyn, F. Damsteegt-Molier en A.J. Coster en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 13 september 2016 in aanwezigheid van de griffier.