Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
arrest van 30 augustus 2016
HGS PRODUCTS B.V.
SENSOR NEDERLAND B.V.,
Het geding
Beoordeling van het hoger beroep volgens de SO-procedure
Over de onrechtmatigheid en de aansprakelijkheid
Over de schade
Gerechtshof Den Haag
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Den Haag diende, gaat het om de aansprakelijkheid voor schade die voortvloeit uit conservatoir beslag. HGS Products B.V. (appellante) heeft een hoger beroep ingesteld tegen Sensor Nederland B.V. (geïntimeerde) naar aanleiding van een eindvonnis van de rechtbank Den Haag van 24 mei 2016. In dit vonnis werd de eis van Sensor in de hoofdzaak afgewezen, wat in kracht van gewijsde is gegaan. HGS stelt dat Sensor onrechtmatig heeft gehandeld door beslag te leggen zonder tijdige indiening van de hoofdzaak. Het hof heeft vastgesteld dat Sensor aansprakelijk is voor de schade die HGS heeft geleden door het leggen van het beslag, omdat de eis in de hoofdzaak niet tijdig is ingesteld en de afwijzing van de eis door de voorzieningenrechter niet inhoudelijk is beoordeeld.
Het hof heeft de schadevergoeding voor HGS vastgesteld op € 1.738,--, waarbij het hof de interne loonkosten van drie medewerkers van HGS heeft beoordeeld. Het hof oordeelt dat HGS onvoldoende heeft aangetoond dat de loonkosten gelijk zijn aan de gemiste inkomsten door het beslag, maar erkent dat er wel enige schade is geleden. De kosten in het principaal beroep worden gecompenseerd, terwijl Sensor in het incidenteel beroep in het ongelijk is gesteld. Het hof vernietigt het eerdere vonnis voor zover het gaat om de veroordeling tot betaling van € 738,-- en veroordeelt Sensor tot betaling van het hogere bedrag van € 1.738,--, met rente.
De uitspraak is gedaan op 30 augustus 2016 door het Gerechtshof Den Haag, waarbij de rechters A.D. Kiers-Becking, M.Y. Bonneur en P.H. Blok aanwezig waren. De kosten van het incidenteel hoger beroep zijn begroot op nihil.