ECLI:NL:GHDHA:2016:2262

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
4 mei 2016
Publicatiedatum
26 juli 2016
Zaaknummer
22-000304-16
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van diefstal door meerdere personen met een werkstraf en jeugddetentie als straf

In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 4 mei 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Den Haag. De verdachte, geboren in 2000, was beschuldigd van meerdere diefstallen die hij samen met anderen had gepleegd. De verdachte had niet zelf de winkels betreden, maar wachtte buiten om de gestolen goederen in ontvangst te nemen. Het hof oordeelde dat er sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking, wat leidde tot de conclusie dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan medeplegen van diefstal in de zin van artikel 47 van het Wetboek van Strafrecht.

De verdachte werd veroordeeld tot een werkstraf van 30 uren, met de mogelijkheid van 15 dagen jeugddetentie indien de werkstraf niet naar behoren werd verricht. Het hof baseerde zijn oordeel op de verklaringen van medeverdachten en de omstandigheden van de diefstallen, waarbij de verdachte een actieve rol had gespeeld in het plannen en uitvoeren van de diefstallen. Het hof verwierp het verweer van de verdediging dat er geen sprake was van medeplegen, en benadrukte dat de verdachte een significante bijdrage had geleverd aan de diefstallen door de gestolen goederen in zijn tas te bewaren en te delen in de buit.

De uitspraak benadrukt de ernst van de gepleegde feiten en de impact op de slachtoffers, waaronder winkelbedrijven die extra beveiligingsmaatregelen moeten nemen. Het hof hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder het feit dat hij niet eerder onherroepelijk was veroordeeld. Uiteindelijk werd de straf bepaald op basis van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze waren gepleegd.

Uitspraak

PROMIS
Rolnummer: 22-000304-16
Parketnummer: 09-229687-15
Datum uitspraak: 4 mei 2016
TEGENSPRAAK

Gerechtshof Den Haag

meervoudige kamer voor strafzaken

Arrest

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Den Haag van 21 januari 2016 in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] op [geboortejaar] 2000,
[adres].
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van dit hof van 21 april 2016.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het primair ten laste gelegde veroordeeld tot een taakstraf voor de duur van 30 uren, subsidiair 15 dagen jeugddetentie, met aftrek van de tijd die is doorgebracht in voorarrest.
Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 14 november 2015 te Waddinxveen, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal, telkens met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen de hierna te noemen goederen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan de hierna te noemen rechthebbenden, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s):
- in/uit Albert Heijn (KW-plein), gelegen aan Koningin Wilhelminaplein 42, een (oranje) geluidsboxje en/of drie, althans, één, telefoonhoesje(s) en/of twee, althans één, oplaadkabel(s) (merk: Apple) en/of vier, althans één, set(s) oordoppen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Albert Heijn (KW-plein) en/of
- in/uit Intertoys Van der Wal, gelegen aan Promenade 83, een Bleutooth earphone (merk: Aware), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Intertoys Van der Wal en/of
- in/uit Xenos, gelegen aan Binnendoor 40, drie, althans één, bluetooth speaker(s) (merk: Xenos) en/of een hoofdtelefoon (merk: Xenos) en/of twee, althans één, telefoonhoesje(s) (merk: Xenos), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Xenos en/of
- in/uit Albert Heijn (Gouweplein), gelegen aan Binnendoor 4, vier, althans één, set(s) oordopjes (merk: Philips) en/of een verpakking babymelkpoeder (merk: Nutrilon) en/of twee, althans, één, telefoonhoesje(s), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Albert Heijn (Gouweplein) en/of
- in/uit Big Bazar, gelegen aan Promenade 7, twee, althans één, speakerset(s) en/of twee, althans één, bus(sen) deospray (merk: Axe), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Big Bazar;
Subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 14 november 2015 te Waddinxveen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, in elk geval eenmaal, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen de hierna te noemen goederen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan de hierna te noemen rechthebbende(n), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), en wel:
- in/uit Albert Heijn (KW-plein), gelegen aan Koningin Wilhelminaplein 42,
een (oranje) geluidsboxje en/of drie, althans, één, telefoonhoesje(s) en/of twee, althans één, oplaadkabel(s) (merk: Apple) en/of vier, althans één, set(s) oordoppen, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende
aan Albert Heijn (KW-plein) en/of
- in/uit Intertoys Van der Wal, gelegen aan Promenade 83, een Bleutooth earphone (merk: Aware), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Intertoys Van der Wal en/of
- in/uit Xenos, gelegen aan Binnendoor 40, drie, althans één, bluetooth speaker(s) (merk: Xenos) en/of een hoofdtelefoon (merk: Xenos) en/of twee,
althans één, telefoonhoesje(s) (merk: Xenos), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Xenos en/of
- in/uit Albert Heijn (Gouweplein), gelegen aan Binnendoor 4, vier, althans één, set(s) oordopjes (merk: Philips) en/of een verpakking babymelkpoeder (merk: Nutrilon) en/of twee, althans, één, telefoonhoesje(s), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Albert Heijn (Gouweplein) en/of
- in/uit Big Bazar, gelegen aan Promenade 7, twee, althans één, speakerset(s) en/of twee, althans één, bus(sen) deospray (merk: Axe), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan Big Bazar
en/of tot en/of bij het plegen van welk(e) misdrijf/misdrijven verdachte op of omstreeks 14 november 2015 te Waddinxveen en/of elders in Nederland,
(telkens) opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest door in de buurt van de winkels te wachten op de (mede)daders en/of (vervolgens) de/het gestolen
goed(eren) in zijn tas te (laten) (ver)stoppen.
Het vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet geheel verenigt.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het primair ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op
of omstreeks14 november 2015 te Waddinxveen, tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen,meermalen,
in elk geval eenmaal,telkens met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen de hierna te noemen goederen,
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan de hierna te noemen rechthebbenden,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s):
- in/uit Albert Heijn (KW-plein), gelegen aan Koningin Wilhelminaplein 42, een (oranje) geluidsboxje en
/ofdrie,
althans, één,telefoonhoesje
(s
)en
/oftwee
, althans één,oplaadkabel
(s
) (merk: Apple) en/of vier, althans één, set(s) oordoppen, in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan Albert Heijn (KW-plein) en
/of
- in/uit Intertoys Van der Wal, gelegen aan Promenade 83, een
Bluetoothearphone (merk: Aware),
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan Intertoys Van der Wal en
/of
- in/uit Xenos, gelegen aan Binnendoor 40,
drie, althans één,bluetooth speaker
(s
)(merk: Xenos) en
/ofeen hoofdtelefoon (merk: Xenos) en
/oftwee,
althans één,telefoonhoesje
(s
)(merk: Xenos),
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan Xenos en
/of
- in/uit Albert Heijn (Gouweplein), gelegen aan Binnendoor 4,
vier, althans één,set
(s
)oordopjes (merk: Philips) en
/ofeen verpakking
babypeutermelkpoeder (merk: Nutrilon) en
/oftwee,
althans, één, telefoonhoesje
(s
),
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan Albert Heijn (Gouweplein) en
/of
- in/uit Big Bazar, gelegen aan Promenade 7, twee,
althans één,speakerset
(s
)en
/oftwee,
althans één,bus
(sen
)deospray (merk: Axe),
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan Big Bazar.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewijsvoering
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.
In die gevallen waarin de wet aanvulling van het arrest vereist met de bewijsmiddelen dan wel, voor zover artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering wordt toegepast, met een opgave daarvan, zal zulks plaatsvinden in een aanvulling die als bijlage aan dit arrest zal worden gehecht.
Verweer
Ter terechtzitting in hoger beroep heeft de raadsman ten aanzien van het primair ten laste gelegde vrijspraak bepleit. De raadsman is van oordeel dat slechts medeplichtigheid aan de diefstallen bewezen kan worden verklaard, nu er geen sprake was van een bewuste en nauwe samenwerking als vereist voor medeplegen in de zin van artikel 47 van het Wetboek van Strafrecht.
De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep opnieuw verklaard dat hij van mening is dat hij met de ten laste gelegde diefstallen niets – of in elk geval minder dan de medeverdachten - te maken heeft gehad, omdat hij niet de winkels is ingegaan om te stelen, maar buiten bleef wachten.
De advocaat-generaal heeft zich op het standpunt gesteld dat het primair ten laste gelegde bewezen kan worden verklaard.
Het hof is, met de kinderrechter en de advocaat-generaal, van oordeel dat het primair ten laste gelegde bewezen kan worden verklaard en overweegt daartoe als volgt.
Ten aanzien van het verweer ter zake van (de afwezigheid van) medeplegen heeft het volgende te gelden.
Met verwijzing naar de uitspraak van de Hoge Raad van 2 december 2014, ECLI:NL:HR:2014:3474, stelt het hof voorop dat de kwalificatie medeplegen slechts dan gerechtvaardigd is als de bewezenverklaarde – intellectuele, fysieke en/of materiële – bijdrage aan het delict van de verdachte van voldoende gewicht is.
Bij de vorming van het oordeel dat sprake is van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking, kan de rechter rekening houden met onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte en diens aanwezigheid op belangrijke momenten.
Uit de verklaring van medeverdachte [medeverdachte 1] bij de politie, met proces-verbaalnummer PL1500-2015332532-12 leidt het hof af dat de verdachte en zijn medeverdachten gezamenlijk tot het plan zijn gekomen om Nutrilon te gaan stelen. Daartoe zijn de twee medeverdachten samen, voorzien van een van de twee tassen die de verdachte bij zich had, de winkel ingegaan. De verdachte bleef buiten de winkel wachten. Omdat de Nutrilon die de medeverdachten wilden stelen kennelijk niet voorradig was, werd besloten om andere goederen te stelen. De goederen die de medeverdachten bij de winkel hadden gestolen, werden na het verlaten van de winkel, met instemming van de verdachte, overgeheveld naar de rugtas die de verdachte bij zich had. Vervolgens gingen de medeverdachten opnieuw een andere winkel in en herhaalde dit proces zich, waarbij in totaal uit vijf winkels goederen zijn gestolen.
De verdachte heeft verklaard dat hij wist dat de goederen die hij van de medeverdachten overhandigd kreeg en vervolgens in zijn tas stopte, gestolen goederen waren.
De verdachte heeft ter terechtzitting in eerste aanleg van 21 januari 2016 verklaard dat zij de goederen zouden gaan verkopen en dat hij de medeverdachten had verteld dat hij iemand kende aan wie babymelkpoeder kon worden verkocht. De medeverdachte [medeverdachte 2] heeft dit bij de politie blijkens zijn verhoor op 15 november 2015, proces-verbaal met nummer PL1500-2015332532-30, eveneens verklaard en hij heeft ook verklaard dat de verdachte kort na de diefstallen al een van de gestolen boxjes had gekregen. De verdachte heeft daarmee gedeeld in de buit.
De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep ook verklaard dat hij geld aan de medeverdachten heeft gegeven voor de aan hem gegeven Nutrilon, die de medeverdachten kort daarvoor hadden gestolen.
De verdachte was derhalve aanwezig bij het plannen van de eerste diefstal en is op dat moment, en ook bij de daarna volgende diefstallen, met een tas buiten blijven wachten en heeft de goederen telkens in ontvangst genomen en bewaard. Daarbij heeft de verdachte zich met de medeverdachten verplaatst van het ene naar het andere winkelgebied en deelt hij in de buit. Hij heeft met zijn handelen een significante bijdrage geleverd aan de ten laste gelegde diefstallen. Immers, doordat de verdachte de goederen in zijn tas bewaarde, konden de medeverdachten opnieuw goederen stelen in andere winkels. Dat de verdachte niet is meegegaan de winkels in, maakt het oordeel van het hof niet anders.
Het hierboven omschrevene, in onderling verband en samenhang bezien, maakt naar het oordeel van het hof dat sprake is geweest van een zodanig nauwe en bewuste samenwerking, dat sprake is van medeplegen in de zin van artikel 47 van het Wetboek van Strafrecht.
Het hof verwerpt het verweer.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het primair bewezen verklaarde levert op:

diefstal door twee of meer verenigde personen,

meermalen gepleegd.

Strafbaarheid van de verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.
Vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden bevestigd.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan en op grond van de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan is gebleken uit het onderzoek ter terechtzitting.
Daarbij heeft het hof in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Het hof kan zich verenigen met de strafmotivering van de kinderrechter: de verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan meerdere diefstallen, met anderen. Hij heeft aldus laten zien geen respect te hebben voor andermans goederen en eigendom. Voorts zien winkelbedrijven die slachtoffer worden van dit soort feiten zich geconfronteerd met vaak niet te verhalen schade. Zij worden genoodzaakt extra beveiligingsmaatregelen te nemen, waarvan de kosten worden doorberekend in de prijzen van de goederen die zij verkopen. Aldus is de maatschappij als geheel de dupe van dit soort feiten. Het hof voegt daaraan nog toe dat uit de verklaringen van de medeverdachten moet worden afgeleid dat de verdachte, anders dan hij zelf heeft verklaard, naar het oordeel van het hof ook een initiërende rol heeft gehad in de diefstallen.
Het hof heeft in het voordeel van de verdachte meegewogen dat uit een de verdachte betreffend uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 30 maart 2016 blijkt dat de verdachte niet eerder onherroepelijk is veroordeeld voor het plegen van een strafbaar feit, alsmede dat de Raad voor de Kinderbescherming, blijkens zijn rapport van 29 december 2015 weinig zorgen heeft over de verdachte en aanvullende hulpverlening niet noodzakelijk acht.
Het hof heeft tevens gelet op de straffen die aan de inmiddels onherroepelijk veroordeelde medeverdachten zijn opgelegd.
Het hof is - alles overwegende - van oordeel dat een taakstraf van na te melden duur een passende en geboden reactie vormt.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 77a, 77g, 77h, 77m, 77n, 77gg, 310 en 311 van het Wetboek van Strafrecht, zoals zij rechtens gelden dan wel golden.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het primair ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het primair bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
werkstrafvoor de duur van
30 (dertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
15 (vijftien) dagen jeugddetentie.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, of artikel 27a van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf in mindering zal worden gebracht, volgens de maatstaf van twee uren taakstraf per in voorarrest doorgebrachte dag, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Dit arrest is gewezen door mr. C.P.E.M. Fonteijn-Van der Meulen, mr. S. van Dissel en mr. J.A.C. Bartels, in bijzijn van de griffier mr. M. Simpelaar.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 4 mei 2016.
Mr. Van Dissel is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.