ECLI:NL:GHDHA:2016:1703

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
7 juni 2016
Publicatiedatum
15 juni 2016
Zaaknummer
22-005664-15
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Medeplegen van bedreiging met geweld en bezit van seksuele afbeeldingen van minderjarige

In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 7 juni 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Rotterdam. De verdachte is beschuldigd van het medeplegen van bedreiging met geweld en het in bezit hebben van seksuele afbeeldingen van een minderjarige. De feiten vonden plaats tussen 19 december 2014 en 3 januari 2015 te Krimpen aan den IJssel. De verdachte heeft samen met een medeverdachte de aangeefster, een leeftijdgenote, onder druk gezet om naaktfoto's en filmpjes van zichzelf te maken en deze naar hen te sturen. Dit gebeurde onder bedreiging van geweld, waarbij de verdachte een wapen gelijkend voorwerp toonde en dreigde haar te zullen slaan. Het hof oordeelde dat de verdachte door zijn handelen de aangeefster heeft gedwongen tot het versturen van deze beelden, wat leidde tot een schending van haar privacy en haar onder druk zette. Het hof heeft de verdachte schuldig bevonden aan de tenlastegelegde feiten en hem veroordeeld tot een leerstraf van 20 uren, subsidiair 10 dagen jeugddetentie. De uitspraak benadrukt de bescherming van minderjarigen tegen seksuele uitbuiting en de gevolgen van het delen van intieme beelden.

Uitspraak

Rolnummer: 22-005664-15
Parketnummer: 10-661046-15
Datum uitspraak: 7 juni 2016
TEGENSPRAAK

Gerechtshof Den Haag

meervoudige kamer voor strafzaken

Arrest

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de kinderrechter in de rechtbank Rotterdam van 4 december 2015 in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
[adres].
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van dit hof van 24 mei 2016. Het onderzoek heeft plaatsgevonden met gesloten deuren.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het onder 1 en 2 ten laste gelegde veroordeeld tot een taakstraf in de vorm van een leerstraf (Respect limits regulier) voor de duur van 20 uren, subsidiair 10 dagen jeugddetentie. De vordering van de benadeelde partij is afgewezen. De benadeelde partij heeft zich in hoger beroep niet opnieuw gevoegd.
Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
1:
hij in of omstreeks 19 december 2014 tot en met 03 januari 2015 te Krimpen aan den IJssel, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, [aangeefster], door geweld of enige andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid gericht tegen die [aangeefster] wederrechtelijk heeft gedwongen iets te doen, niet te doen of te dulden, te weten naaktfoto's en/of (een) filmpje(s) van zichzelf te maken en/of (vervolgens) die naaktfoto's en/of dat/die filmpje(s) middels een telefoon naar hem, verdachte en/of zijn mededader(s) te versturen, door die [aangeefster] via Facetime een op een wapen gelijkend voorwerp te tonen en/of (daarbij) die [aangeefster] (de) woorden toe te voegen van de strekking: "ik kom naar je school toe en kom je in elkaar slaan met vrienden" en/of "als ik je tegen kom dan ga ik je door je schapenkop heen schieten", althans woorden van gelijke aard of strekking;
4:
hij in of omstreeks de periode van 19 december 2014 tot en met 3 januari 2015 te Krimpen aan den IJssel, in elk geval in Nederland, 16 afbeeldingen, te weten 13 foto's en/of 3 video's en/of film(s)
- en/of een gegevensdrager bevattende 16 afbeeldingen, te weten 13 foto's en/of 3 video's en/of film(s) te weten een smartphone/mobiele telefoon (van het merk Samsung)
- heeft verworven en/of in bezit gehad, terwijl op die afbeelding(en) (een) seksuele gedraging(en) zichtbaar is/zijn, waarbij (telkens) een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken,
welke voornoemde seksuele gedraging(en) - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en/of de billen en/of de borsten met (een) vinger(s)/hand van een (ander) persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt ( [bestandsnaam] )
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van (een) perso(o)n(en) die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft/hebben bereikt, in (een)(erotisch getinte) houding(en) (op een wijze) die niet bij haar/hun leeftijd past/passen en/of waarbij deze perso(o)n(en) zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/hun kleding ontdoet/ontdoen en/of (waarna) door het camerastandpunt nadrukkelijk de (ontblote) geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling ( [bestandsnaam] )
van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt.
Waar hierna wordt gesproken over het onder 2 ten laste gelegde of feit 2 wordt bedoeld het onder 4 ten laste gelegde.
Het vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 en 2 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
1:
hij omstreeks 19 december 2014 tot en met 03 januari 2015 te Krimpen aan den IJssel, tezamen en in vereniging met een ander, [aangeefster], door bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid gericht tegen die [aangeefster] wederrechtelijk heeft gedwongen iets te doen, te weten naaktfoto's en filmpjes van zichzelf te maken en/of (vervolgens) die naaktfoto’s en die filmpjes middels een telefoon naar hem, verdachte en/of zijn mededader te versturen, door die [aangeefster] via Facetime een op een wapen gelijkend voorwerp te tonen en die [aangeefster] (de) woorden toe te voegen van de strekking: "ik kom naar je school toe en kom je in elkaar slaan met vrienden" en "als ik je tegen kom dan ga ik je door je schapenkop heen schieten";
2:
hij in de periode van 19 december 2014 tot en met 3 januari 2015 te Krimpen aan den IJssel
- een gegevensdrager bevattende 16 afbeeldingen, te weten 13 foto's en 3 video's of films te weten een smartphone/mobiele telefoon (van het merk Samsung)
- in bezit gehad, terwijl op die afbeeldingen seksuele gedragingen zichtbaar zijn, waarbij een persoon die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, was betrokken of schijnbaar was betrokken,
welke voornoemde seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het betasten en/of aanraken van de geslachtsdelen en de billen en de borsten met (een) vinger(s)/hand van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft bereikt ( [bestandsnaam] )
en
het geheel of gedeeltelijk naakt
(laten)poseren van
(een
)perso
(o
)n
(en)die kennelijk de leeftijd van 18 jaren nog niet heeft
/hebbenbereikt, in
(een
)(erotisch getinte
)houding
(en) (op een wijze
)die niet bij haar
/hunleeftijd past
/passenen
/ofwaarbij
deze perso(o)n(en) zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van haar/hun kleding ontdoet/ontdoen en/of (waarna)door het camerastandpunt nadrukkelijk de
(ontblote
)geslachtsdelen en/of borsten en/of billen in beeld gebracht worden
(waarbij
)de afbeelding
(aldus
)een onmiskenbaar seksuele strekking heeft
en/of strekt tot seksuele prikkeling( [bestandsnaam] )
van welk(e) misdrijf/misdrijven hij, verdachte, een gewoonte heeft gemaakt.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewijsvoering
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.
In die gevallen waarin de wet aanvulling van het arrest vereist met de bewijsmiddelen dan wel, voor zover artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering wordt toegepast, met een opgave daarvan, zal zulks plaatsvinden in een aanvulling die als bijlage aan dit arrest zal worden gehecht.
Verweren
De raadsman van de verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep betoogd – zakelijk weergegeven – dat de verdachte behoort te worden vrijgesproken van het onder 1 ten laste gelegde. Hiertoe heeft de raadsman aangevoerd dat geen causaal verband bestaat tussen de vermeende bedreiging van aangeefster en het door haar versturen van foto’s en/of filmpjes naar de verdachte en/of zijn mededader. Uit de reactie en houding van aangeefster blijkt ook niet dat zij zich bedreigd heeft gevoeld of zich gedwongen voelde om de foto’s en/of filmpjes te versturen. Aangeefster heeft ook nadien nog foto’s van zichzelf verspreid.
Ter zake van feit 2 heeft de raadsman betoogd dat jeugdigen tegenwoordig steeds vaker naaktfoto’s verspreiden zonder zich bewust te zijn van de onomkeerbare gevolgen daarvan. De raadsman heeft daarom verzocht de verdachte vrij te spreken van dat feit, dan wel –gelet op zijn persoonlijke omstandigheden- hem te ontslaan van alle rechtsvervolging.
Het hof overweegt hieromtrent als volgt.
Ter zake van feit 1
De verdachte had met aangeefster onder meer contact via Facetime.
Nadat de verdachte een foto van aangeefster in handen kreeg waarop zij bloot was afgebeeld begon hij (in aanwezigheid van de medeverdachte) om meer foto’s te vragen. Daarbij werd gedreigd dat de eerste foto zou worden doorgestuurd aan anderen als aangeefster geen foto’s zou sturen.
Op een ander moment dreigde de verdachte naar haar school te komen om haar in elkaar te slaan, als aangeefster niet meer beeldmateriaal zou sturen.
Vervolgens waren de verdachte en zijn medeverdachte tijdens een Facetimecontact met aangeefster aan het spelen met een pistool. Zij lieten zien hoe hard het pistool afging en schoten met het pistool op een muur. Aangeefster zei volgens de verdachte dat hij een hondenkop had. Daarna heeft de verdachte tegen aangeefster gezegd: “ik ga je door je schapenkop schieten”. De verdachte heeft ter terechtzitting verklaard het als grapje te hebben gezegd. Aangeefster heeft het volgens hem niet als een bedreiging opgevat.
Het hof is van oordeel dat de woorden die de verdachte heeft gebruikt op zichzelf van dien aard zijn dat bij aangeefster de redelijke vrees kon ontstaan dat de verdachte zou doen waarmee hij dreigde. Het dreigende karakter van het schieten werd nog versterkt doordat de verdachte en de medeverdachte even daarvoor een wapen aan aangeefster hadden getoond en hadden laten zien dat ermee geschoten kon worden. De woorden werden voorts gebruikt als middel om foto’s of filmpjes van aangeefster te verkrijgen. Vaststaat ook dat aangeefster steeds na de bedreiging één of meer filmpjes of foto’s heeft gestuurd. Onder deze omstandigheden acht het hof wettig en overtuigend bewezen dat aangeefster door de dreigementen is bewogen tot het sturen van een of meer foto’s of filmpjes. Dat aangeefster ook nadien nog filmpjes en/of foto’s zou hebben gestuurd, zonder dat er sprake was van een bedreiging, doet daaraan niet af. Het hof neemt daarbij in aanmerking dat aangeefster met de eerdere foto’s al een drempel was overgegaan door foto’s van zichzelf met blote borsten, billen en vagina te sturen. Voorts bleef de dreiging van het verder verspreiden van die foto’s ook zonder deze te herhalen bestaan.
Daar komt bij dat meisjes van de leeftijd van aangeefster soms door de jeugdige leeftijd en door onzekerheid wisselvallig gedrag kunnen laten zien, maar zij behoren desondanks beschermd te worden tegen te ver gaande dreiging en dwang, waardoor hun vrijheid om zelf te beslissen wordt aangetast.
Ter zake van feit 2
Het hof overweegt dat uit de wetsgeschiedenis blijkt dat de ratio van de strafbaarstelling gelegen is in de bescherming van de afgebeelde jeugdige tegen seksueel misbruik en tegen de verleiding om deel te nemen aan seksuele gedragingen. De strafbaarstelling strekt voorts mede ertoe minderjarige slachtoffers te beschermen tegen henzelf.
Het aanwezig hebben van of het aanzetten tot het vervaardigen van seksueel getinte “bloot foto’s of filmpjes/video’s” van een 14-jarige leeftijdgenote en het versturen van deze foto’s of filmpjes/video’s naar de verdachte of een medeverdachte, heeft in casu niets met pedofilie te maken, maar valt ter bescherming van de minderjarige afgebeelde niettemin onder de strafbepaling. Het aanwezig hebben van deze foto’s en filmpjes/video’s verschaft de verdachte een zekere macht over het afgebeelde slachtoffer; immers de macht om de afbeeldingen al of niet te verspreiden. Daardoor komt de afgebeelde onder druk te staan en wordt haar privacy bedreigd. Zij geniet de bescherming van de wet, ook al heeft zij zelf door de foto’s en filmpjes te versturen hieraan meegewerkt.
Dat de verdachte zich mogelijk niet bewust is geweest van de onomkeerbare gevolgen van zijn handelen doet aan de strafbaarheid van dat handelen niet af.
Het voorgaande in aanmerking nemende acht het hof het feit wettig en overtuigend bewezen en wordt het verweer van de raadsman verworpen.
Strafbaarheid van het bewezen verklaarde
Het onder 1 bewezen verklaarde levert op:
medeplegen van, een ander door bedreiging met geweld of een feitelijkheid, gericht tegen die ander, wederrechtelijk dwingen iets te doen.
Het onder 2 bewezen verklaarde levert op:
een gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, in bezit hebben.
Strafbaarheid van de verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.
Vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden bevestigd.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en op grond van de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan is gebleken uit het onderzoek ter terechtzitting.
Daarbij heeft het hof in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen. De verdachte heeft zich samen met zijn medeverdachte schuldig gemaakt aan bedreiging van het slachtoffer (een leeftijdgenote) waardoor zij zich gedwongen heeft gevoeld om foto’s en filmpjes van zichzelf te sturen waarop en waarin haar borsten, billen en vagina en seksuele gedragingen te zien waren. De verdachte heeft deze foto’s en filmpjes op zijn telefoon bewaard. Aldus heeft de verdachte de normen die de wet hanteert en waaraan het hof hiervoor reeds een overweging heeft gewijd, overtreden. De verdachte heeft daarbij uitsluitend vanuit zijn eigen verlangens gehandeld en zich niet bekommerd om de gevolgen voor het slachtoffer.
Slachtoffers van feiten als de onderhavige kunnen nog jaren achtervolgd worden door foto’s en filmpjes die zij in hun jeugd aan anderen hebben verstrekt.
Het hof heeft acht geslagen op een de verdachte betreffend uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 10 mei 2016, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder onherroepelijk is veroordeeld voor het plegen van een strafbaar feit.
Het hof heeft voorts acht geslagen op een rapport van de Raad voor de Kinderbescherming d.d. 27 juli 2015 waarin is geadviseerd om aan de verdachte een voorwaardelijke taakstraf op te leggen met bijzondere voorwaarden, alsmede op een plan van aanpak van Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond d.d. 27 november 2015 waarin eenzelfde strafadvies is gegeven. Hoewel het hof zich in de conclusies van het rapport kan vinden, komt het hof de door de rechtbank in eerste aanleg opgelegde leerstraf
–gelet op het pedagogische karakter daarvan-, alsmede gelet op de begeleiding die in de afgelopen periode reeds heeft plaatsgevonden zoals ter terechtzitting naar voren is gekomen meer passend voor.
Het hof is - alles overwegende - van oordeel dat een leerstraf van na te melden duur een passende en geboden reactie vormt.
Het weigeren van de afgifte van een VOG aan de verdachte op grond van - uitsluitend - de onderhavige strafzaak komt het hof voor, gelet op de jeugdige leeftijd van de verdachte en gelet op de bijzondere omstandigheden in de onderhavige zaak waar het geen kinderpornografie betreft maar afbeeldingen van leeftijdgenoten, als een dermate grote inbreuk op het privéleven van de verdachte, dat een dergelijke beslissing naar het oordeel van het hof strijdig zou zijn met artikel 8 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en artikel 3 van het Verdrag inzake de Rechten van het Kind.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 47, 57, 77a, 77g, 77h, 77m, 77n, 77gg, 240b en 284 van het Wetboek van Strafrecht, zoals zij rechtens gelden dan wel golden.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1 en 2 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1 en 2 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een
leerstraf (het Leerproject Respect limits Regulier van de Raad voor de Kinderbescherming)voor de duur van
20 (twintig) uren,indien niet naar behoren verricht te vervangen door
10 (tien) dagen jeugddetentie.
Dit arrest is gewezen door mr. J.A.C. Bartels,
mr. M.J. de Haan-Boerdijk en mr. E.C. van Veen, in bijzijn van de griffier mr. S. Imami.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 7 juni 2016.
Mr. M.J. de Haan-Boerdijk is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.