Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Arrest van 3 mei 2016
VAN OERS UNITED B.V.,
HOLLAND BEAN B.V.,
DEMIJBA B.V.,
Gerechtshof Den Haag
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Den Haag diende, hebben de appellanten, Van Oers United B.V., Holland Bean B.V. en Demijba B.V. (hierna: Van Oers c.s.), een hoger beroep ingesteld tegen het Waterschap Hollandse Delta. De zaak betreft een onrechtmatige overheidsdaad waarbij Van Oers c.s. beweerden schade te hebben geleden aan hun landbouwgewassen door een storing in een gemaal. Het hof verwijst naar een eerder tussenarrest van 16 juni 2015, waarin een getuigenverhoor was toegelaten. Na het getuigenverhoor hebben partijen hun standpunten verder toegelicht in een memorie en een antwoordmemorie na enquête.
Het hof heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de getuige [B.] heeft verklaard dat hij op 25 juli 2007 een melding heeft gedaan aan [D.] over een hoge waterstand, maar dat er geen bewijs is dat deze melding daadwerkelijk bij het Waterschap is aangekomen. Het hof oordeelt dat de verklaring van getuige [B.] onvoldoende is om de tegenstrijdigheden in de verklaring van getuige [D.] te weerleggen. Het hof concludeert dat er geen bewijs is dat het Waterschap op de hoogte was van de wateroverlast op de genoemde datum, en dat de vordering van Van Oers c.s. op dit punt moet worden afgewezen.
Het hof bekrachtigt de eerdere vonnissen van de rechtbank Dordrecht en veroordeelt Van Oers c.s. in de kosten van het hoger beroep, vastgesteld op een totaalbedrag van € 19.774,50, inclusief griffierecht en advocaatkosten. Dit arrest is gewezen op 26 april 2016 en uitgesproken op 3 mei 2016.