ECLI:NL:GHDHA:2015:715
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- J.J. van der Helm
- T.G. Lautenbach
- M.P.J. Ruijpers
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake opzegging huurovereenkomst volkstuin
In deze zaak gaat het om een hoger beroep betreffende de opzegging van een huurovereenkomst voor een volkstuin. De appellant, wonende te [woonplaats 1], heeft de huurovereenkomst opgezegd na diverse sommaties aan de geïntimeerde, die de volkstuin huurt sinds mei 2011. De opzegging vond plaats bij brief van 4 juli 2013, met inachtneming van een opzegtermijn van één maand. De advocaat van de appellant heeft in september 2013 aangegeven dat er geen nieuwe huurovereenkomst met de geïntimeerde gewenst was, wat impliceert dat de huurovereenkomst van rechtswege eindigde op 31 december 2013. De geïntimeerde heeft echter geen gehoor gegeven aan de sommatie om het perceel te verlaten.
In eerste aanleg heeft de voorzieningenrechter de vorderingen van de appellant afgewezen, omdat er geen spoedeisend belang zou zijn. De appellant heeft in hoger beroep zes grieven ingediend, waarbij hij aanvoert dat de geïntimeerde zonder recht of titel het perceel gebruikt. Het hof oordeelt dat de appellant een spoedeisend belang heeft bij de ontruiming, aangezien hij stelt dat de huurovereenkomst is beëindigd.
Het hof overweegt dat de huurovereenkomst opzegbaar is, maar dat de eisen van redelijkheid en billijkheid in acht moeten worden genomen. De geïntimeerde heeft onvoldoende feiten en omstandigheden aangevoerd die de opzegging zouden kunnen tegenhouden. Het hof concludeert dat de opzegging rechtsgeldig is en dat de geïntimeerde het perceel zonder recht of titel gebruikt. Het vonnis van de rechtbank wordt vernietigd en de geïntimeerde wordt veroordeeld tot ontruiming van het gehuurde.