In deze zaak, die voorligt bij het Gerechtshof Den Haag, betreft het een hoger beroep van [appellant] tegen Jet Cars B.V. De zaak draait om de vraag of [appellant] de BMW, die op 13 november 2010 door Jet Cars is gekocht, daadwerkelijk aan Jet Cars heeft verkocht. De rechtbank had eerder in een tussenvonnis vastgesteld dat Allianz Nederland Schadeverzekering N.V. een schadevergoeding had uitgekeerd aan haar verzekerde Tri-ennium wegens de diefstal van de BMW. Jet Cars had de auto gekocht van [appellant] en werd door Allianz gedagvaard tot afgifte van de auto of schadevergoeding. De rechtbank had de vorderingen van Allianz toegewezen en Jet Cars in vrijwaring gedagvaard tegen [appellant]. In hoger beroep heeft [appellant] zijn verweer gehandhaafd en aanvullend bewijs aangeboden door het horen van nieuwe getuigen. Het hof heeft [appellant] toegelaten tot het leveren van aanvullend (tegen)bewijs en verdere beslissingen aangehouden. De getuigenverhoren zullen plaatsvinden in het Paleis van Justitie te Den Haag, met een raadsheer-commissaris die de verhoren zal leiden. De zaak is van belang voor de bewijslevering in civiele procedures en de rol van getuigen in het bewijsrecht.