Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Arrest van 13 oktober 2015 (in het incident ex artikel 843a Rv)
GRIEKS SPECIALITEITENRESTAURANT CORFU V.O.F.,
WINKELCENTRUM YPENBURG C.V.,
Het geding
Beoordeling van de incidentele vordering ex artikel 843a Rv
(1 tot en met 8) staan niet ter discussie, zodat ook het hof daarvan uitgaat.
(2.1) Corfu huurt sinds 2007 in het winkelcentrum Ypenburg in Den Haag bedrijfsruimte van (de rechtsvoorgangster van) Ypenburg en exploiteert daarin een Grieks restaurant, gespecialiseerd in onder meer grillproducten zoals shoarma. In de huurovereenkomst is onder meer een branchebeschermingsbeding (hierna: het branchebeschermingsbeding) overeengekomen, met een inhoud zoals weergegeven in het bestreden vonnis in rechtsoverweging 3.
(2.2) Tussen partijen is een geschil ontstaan over de vraag of het branchebeschermingsbeding door Ypenburg is geschonden door verhuur van naastgelegen bedrijfsruimte aan een derde, die daar een Turks restaurant (met verkoop van shoarma/döner) heeft uitgeoefend. Corfu vordert in deze procedure, kort samengevat, veroordeling van Ypenburg tot betaling van schadevergoeding wegens schending van het branchebeschermingsbeding.
(2.3) De kantonrechter heeft in het thans bestreden vonnis geoordeeld, zakelijk weergegeven, dat het branchebeschermingsbeding strijdig is met artikel 6.1 Mededingingswet (Mw) en daarom op grond van artikel 6.2 Mw van rechtswege nietig is. Vervolgens heeft de kantonrechter de vorderingen van Corfu afgewezen.
De vordering en het verweer
Beoordeling van de gevorderde afgifte
Artikel 843a Rv beoogt geschillenbeslechting te bevorderen op basis van feiten zoals zij werkelijk liggen. In dit verband voorziet dit artikel in de mogelijkheid om een partij te verplichten bepaalde onder haar berustende bescheiden over te leggen aan de wederpartij die daarbij een rechtmatig belang heeft. De wet formuleert dit aldus:
“Hij die daarbij een rechtmatig belang heeft, kan op zijn kosten, afschrift of uittreksel vorderen van bepaalde bescheiden aangaande een rechtsbetrekking waarin hij of zijn rechtsvoorgangers partij zijn, (…)”.
BeslissingIn het incident ex artikel 843a Rv
- wijst het gevorderde af;
- veroordeelt Corfu in de kosten van het incident, tot dusver aan de zijde van Ypenburg begroot op € 447,-- aan salaris advocaat;
- verklaart deze beslissing ten aanzien van de proceskosten uitvoerbaar bij voorraad;
- verwijst de zaak naar de rol van 27 oktober 2015 voor uitlaten voortprocederen in de hoofdzaak.