Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
arrest van 28 juli 2015
Het geding
Beoordeling van het hoger beroep
Algemeen
- te verklaren voor recht dat het [onroerend goed een] , dan wel de opbrengst hiervan in het geval de levering van dit perceel reeds heeft plaatsgevonden, binnen de huwelijksgemeenschap viel;
- te verklaren voor recht dat de gerealiseerde verkoopopbrengsten van de onroerende zaken [onroerend goed twee] , [onroerend goed drie] en [onroerend goed vier] , welke onroerende zaken alle zijn ontstaan uit het door de vrouw onder uitsluiting geërfde kadastraal object [onroerend goed vijf] binnen de huwelijksgemeenschap vielen;
- te verklaren voor recht dat de opbrengst van de percelen, kadastraal bekend [onroerend goed zes] en [onroerend goed zeven] (het hof begrijpt: [nummers] ), binnen de huwelijksgemeenschap viel;
- te verklaren voor recht dat het olieverfschilderij van [naam] , het gegraveerde glas met keeshond, de bewerkte en gegraveerde gouden Louis XV tabaksdoos, een staand Amsterdams horloge en de motorsloep/jacht buiten de gemeenschap vielen;
- de verdeling vast te stellen/te gelasten met inachtneming van bovenstaande;
- de vrouw in haar vordering met betrekking tot betaling van een bedrag niet- ontvankelijk te verklaren, dan wel haar dit te ontzeggen;
- de vrouw te veroordelen tot afgifte van de goederen, zoals opgesomd in de inleidende dagvaarding, dan wel een door uw hof te bepalen gedeelte daarvan, zulks onder verbeurte van een dwangsom van € 100,- per dag;
- subsidiair ten aanzien van de onroerende zaken te bepalen dat afgerekend dient te worden conform de zogenaamde beleggingsleer en het bedrag te bepalen dat uit dien hoofde aan de man toekomt, alsmede de vrouw te veroordelen dit bedrag aan de man te voldoen;
- (meer) subsidiair een zodanige beslissing te nemen omtrent alle geschilpunten, die in deze procedure aan de orde zijn, als uw hof in goede justitie zal vermenen te behoren;
- de vrouw (eventueel voor het overige) in haar vorderingen niet-ontvankelijk te verklaren, dan wel haar deze te ontzeggen.
Enige relevante feiten
- verkoper heeft verkocht – onder uitdrukkelijk voorbehoud te hunnen behoeve van na te melden recht van gebruik en bewoning van een gedeelte van de registergoederen– aan koper, die – met in achtneming van bedoeld voorbehouden recht – heeft aangekocht;
- het verkochte is met ingang van één januari 1990 geheel voor rekening en risico van koper;
- het onroerend goed behoort met ingang van één januari 1990 in economische zin in eigendom toe aan de koper, doch zal tot uiterlijk zes maanden na de dag van overlijden van de langstlevende van de verkopers zoveel eerder als de koper mocht verlangen geheel of gedeeltelijk ten name van de verkoper blijven staan:
- de verkoper verbindt zich het verkochte op eerste verzoek van de koper aan de koper of een door koper aan te wijzen derde(n) juridisch te leveren, met dien verstande, dat bij juridische levering vóór het overlijden van de langstlevende van verkoper, het ten behoeve van verkoper voorbehouden recht van gebruik en bewoning als een zakelijk recht ten behoeve van verkoper dient te worden gevestigd.
Rechtsvraag
Betoog man
- is voor het economisch eigendom betaald, dan wel kwam de onroerende zaak na economische eigendomsoverdracht voor rekening en risico van de verkrijger, dan kan dit leiden tot de conclusie dat de onroerende zaak of de waarde dan wel verkoopopbrengst daarvan, tot de gemeenschap behoort of heeft behoord;
- in de onderhavige zaak kan worden betoogd dat de waarde en de toekomstige waardewijzigingen van de percelen vanaf 1990 voor rekening en risico van de vrouw zijn gekomen;
- de waarde van een en ander komt voort uit het economisch eigendom en het juridisch eigendom is eigenlijk maar een lege huls;
- de man stelt zich dan ook primair op het standpunt dat de percelen (dan wel de waarde of opbrengst daarvan) in de huwelijksgemeenschap zijn gevallen.
Betoog vrouw
Economische werkelijkheid
Erfrechtelijke aspecten
De omvang van de gemeenschap en de economische werkelijkheid
De vrouw zelf vond de gelijke verdeling door de notaris van de opbrengst van de woning op dat moment, in december 2003, op zich wel begrijpelijk.Ieder van hen had in dat jaar (2003) een woning gekocht en had daarvoor geld nodig. Bovendien was er nog geen sprake van een formele echtscheidingsprocedure maar woonden partijen sinds 2003 feitelijk niet langer samen.
Inboedelgoederen
- olieverfschilderij van [naam] ;
- gegraveerd glas met keeshond;
- gegraveerd gouden Louis XV tabaksdoos;
- staand Amsterdams horloge.
Afgifte goederen
- prenten in mahoniehouten lijst
- aquarel kerkinterieur
- aquarel [naam]
- cd `s klassieke muziek
- tinnen borden
- parelsnoer barok
- spiegeltje
- botervlootjes
- glazen roomstel
- bronzen tafelbel.
Sloep
Verdeling vaststellen
Beslissing
- olieverfschilderij van [naam] ;
- gegraveerd glas met keeshond;
- gegraveerd gouden Louis XV tabaksdoos;
- staand Amsterdams horloge;