ECLI:NL:GHDHA:2014:4255
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- A.J.P. Schild
- J.J.I. Verburg
- A.J. Coster
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake verzoek tot opheffing faillissement en toepassing schuldsaneringsregeling
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 23 oktober 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep over het verzoek van [appellant] tot opheffing van zijn faillissement en gelijktijdige toepassing van de schuldsaneringsregeling. Het verzoekschrift was ingediend op 13 augustus 2014, na een eerdere afwijzing door de Rechtbank Rotterdam op 6 augustus 2014. De rechtbank had geoordeeld dat onvoldoende aannemelijk was dat [appellant] te goeder trouw was ten aanzien van het ontstaan van zijn schulden. De totale schuldenlast van [appellant] bedroeg € 446.794,00, en de rechtbank concludeerde dat hij zijn schuldenlast onnodig had laten oplopen door zijn bedrijfsactiviteiten niet tijdig te staken en door een lening bij zijn moeder af te sluiten. Tijdens de mondelinge behandeling op 16 oktober 2014 heeft [appellant] zijn standpunt toegelicht, maar de curator adviseerde het hof om het vonnis van de rechtbank te bekrachtigen. Het hof heeft vervolgens beoordeeld of [appellant] te goeder trouw was in de vijf jaar voorafgaand aan zijn verzoek. Het hof concludeerde dat dit niet het geval was, onder andere vanwege de aanzienlijke belastingschuld en het niet tijdig stoppen van zijn verliesgevende onderneming. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank bekrachtigd, waarmee het verzoek van [appellant] werd afgewezen.