Op 2 december 2013 heeft het Gerechtshof Den Haag uitspraak gedaan in een hoger beroep betreffende een gewapende overval op een juwelier in Den Haag, waarbij een dodelijk slachtoffer viel. De verdachte, die werd beschuldigd van het besturen van de vluchtauto, is vrijgesproken van betrokkenheid bij de overval. Het hof oordeelde dat er onvoldoende bewijs was om te concluderen dat de verdachte op de hoogte was van het plan van zijn medeverdachten om de overval te plegen. De verdachte had in de nacht voorafgaand aan de overval met de medeverdachten in een woning verbleven en was de volgende dag de bestuurder van de vluchtauto. Ondanks aanwijzingen dat hij mogelijk op de hoogte was van de overval, kon het hof niet met voldoende zekerheid vaststellen dat hij opzet had op deelname aan de overval.
In eerste aanleg was de verdachte vrijgesproken van de meeste tenlastegelegde feiten, maar veroordeeld voor het gebruik van een vals Litouws rijbewijs. In hoger beroep heeft de advocaat-generaal een gevangenisstraf van 14 jaar geëist, maar het hof heeft de verdachte enkel veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie maanden voor het gebruik van het valse rijbewijs. De benadeelde partij, die schadevergoeding had geëist, werd niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, omdat de verdachte was vrijgesproken van de ernstige beschuldigingen. Het hof heeft de teruggave van de in beslag genomen Renault Laguna aan de verdachte gelast.