ECLI:NL:GHDHA:2013:4376
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- M. Stille
- A. Labohm
- P. Pijls-olde Scheper
- Rechtspraak.nl
Verdeling van de ontbonden huwelijksgemeenschap onder Marokkaans recht
In deze zaak gaat het om de verdeling van de ontbonden huwelijksgemeenschap tussen een vrouw en een man, die onder Marokkaans recht zijn gehuwd. De vrouw heeft hoger beroep ingesteld tegen verschillende beschikkingen van de rechtbank Rotterdam, waarin onder andere de echtscheiding is uitgesproken en de verdeling van de gemeenschap is behandeld. De rechtbank heeft bepaald dat de vrouw de man een bedrag van € 80.868,43 moet betalen in het kader van de verrekening van de gemeenschappelijke goederen. De vrouw verzoekt het hof om deze beschikking te vernietigen en de man niet-ontvankelijk te verklaren in zijn verzoek tot verdeling van de boedel.
De man heeft in zijn verweerschrift, dat tevens als voorwaardelijk incidenteel appel geldt, verzocht om de bestreden beschikking te bekrachtigen. Hij stelt dat de rechtbank ten onrechte Nederlands recht op de verdeling van de huwelijksgemeenschap heeft toegepast, aangezien partijen er volgens hem voor hebben gekozen om het huwelijksvermogensregime te laten beheersen door het Marokkaanse recht. Het hof overweegt dat, hoewel partijen in Marokko zijn getrouwd, de toepasselijkheid van het Marokkaanse recht op het huwelijksvermogensregime van partijen voortvloeit uit hun gemeenschappelijke Marokkaanse nationaliteit en de omstandigheden van hun huwelijk.
Het hof concludeert dat het Marokkaanse recht van toepassing is en dat de man onvoldoende bewijs heeft geleverd voor zijn stellingen over de vermogensaanwas tijdens het huwelijk. Het hof wijst het verzoek van de man af en vernietigt de bestreden beschikking, waarbij het inleidende verzoek van de man wordt afgewezen. De beslissing is gegeven op 13 november 2013 door het Gerechtshof Den Haag, met de rechters M. Stille, A. Labohm en P. Pijls-olde Scheper.