Uitspraak
Gerechtshof te 's-Gravenhage
Arrest
[verdachte],
].
Openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Gerechtshof Den Haag
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 20 juni 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Rotterdam. De verdachte is beschuldigd van openlijke geweldpleging, waarbij hij samen met een mededader het slachtoffer zonder enige aanleiding van zijn fiets heeft geslagen en vervolgens heeft geschopt. De verdachte genoot ten tijde van zijn verhoor en inverzekeringstelling bij de politie strafrechtelijke immuniteit, wat een belangrijk aspect van de zaak vormde. Het hof heeft vastgesteld dat de politie niet adequaat heeft gehandeld door de immuniteit van de verdachte niet te verifiëren voordat het verhoor werd voortgezet. Dit leidde tot de uitsluiting van de verklaringen van de verdachte als bewijs, omdat deze onrechtmatig waren verkregen.
Het hof heeft de verdachte uiteindelijk veroordeeld tot een werkstraf van 100 uren, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis van 50 dagen indien de werkstraf niet naar behoren wordt verricht. De uitspraak benadrukt de ernst van openlijke geweldpleging en de impact daarvan op de slachtoffers, evenals de noodzaak voor de politie om de regels omtrent diplomatieke immuniteit strikt na te leven. De verdachte werd vrijgesproken van andere tenlastegelegde feiten, omdat deze niet bewezen konden worden.
De uitspraak van het hof is een belangrijke reminder van de rechten van verdachten met diplomatieke status en de verplichtingen van de autoriteiten om deze rechten te respecteren. De zaak illustreert ook de gevolgen van geweldpleging voor slachtoffers en de maatschappelijke impact van dergelijke misdrijven.