ECLI:NL:GHDHA:2013:3616
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- M. Labohm
- A. Husson
- J. Mink
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake pensioenverevening na beëindiging van samenlevingscontract
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een vrouw tegen een vonnis van de rechtbank Den Haag, waarin haar vorderingen tot pensioenverevening op basis van een samenlevingscontract zijn afgewezen. De vrouw stelt dat zij en de man meer dan tien jaar hebben samengewoond, wat haar recht zou geven op een deel van het pensioen van de man. De rechtbank had echter geoordeeld dat de samenleving minder dan tien jaar heeft geduurd, en dat de vrouw daarom geen aanspraak kan maken op de pensioenrechten. De vrouw heeft in hoger beroep zes grieven aangevoerd, waarin zij betoogt dat de rechtbank bij de bepaling van de duur van de samenleving van verkeerde data is uitgegaan. De man heeft de grieven bestreden en stelt dat de vrouw niet heeft aangetoond dat de samenleving langer heeft geduurd dan de rechtbank heeft vastgesteld.
Het hof heeft de feiten zoals vastgesteld door de rechtbank overgenomen en geconcludeerd dat de samenleving van partijen op grond van het samenlevingscontract is geëindigd op 23 september 1999. Het hof heeft geoordeeld dat de vrouw niet heeft aangetoond dat de samenleving na deze datum is voortgezet. De vrouw heeft weliswaar gewezen op notariële akten en een gemeenschappelijke bankrekening, maar het hof oordeelt dat deze niet voldoende bewijs leveren voor een voortzetting van de samenleving in de zin van de wet. De man heeft na de beëindiging van de samenleving geen bijdrage geleverd aan de kosten van de gezamenlijke huishouding, wat ook een indicatie is dat er geen sprake meer was van een affectieve relatie van duurzame aard.
Uiteindelijk heeft het hof de vorderingen van de vrouw afgewezen en het vonnis van de rechtbank bekrachtigd. De vrouw is als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van het hoger beroep. Dit arrest is gewezen op 11 juni 2013 door het Gerechtshof Den Haag en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.