In deze zaak gaat het om de vraag of de detachering van een directeur van een christelijke basisschool aan een andere basisschool, die wordt gehouden door Vereniging A, onder de onderwijsvrijstelling valt. De belanghebbende, die twee basisscholen in stand houdt, heeft bezwaar gemaakt tegen de opgelegde omzetbelasting over de detachering van de directeur. De rechtbank heeft het beroep van de belanghebbende ongegrond verklaard, maar de belanghebbende is in hoger beroep gegaan. Het Gerechtshof Den Haag heeft op 28 juni 2013 uitspraak gedaan. Het Hof oordeelt dat de detachering van de directeur een nauw met het onderwijs samenhangende activiteit is en daarom onder de onderwijsvrijstelling valt. Het Hof stelt vast dat de directeur, die ook onderwijsgevende bevoegdheid heeft, een cruciale rol speelt in de kwaliteit van het onderwijs. De Inspecteur had niet voldoende onderbouwd dat de detachering niet onder de vrijstelling valt. Het Hof vernietigt de uitspraak van de rechtbank en verleent de belanghebbende teruggaaf van de betaalde omzetbelasting. Tevens wordt de Inspecteur veroordeeld in de proceskosten en de griffierechten van de belanghebbende.