ECLI:NL:GHARN:2012:BY9121
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- R.W. van Zuijlen
- J.H.C. van Ginhoven
- P. van Kesteren
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in vervolging wegens gedoogbeleid coffeeshops
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 15 oktober 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zutphen. De verdachte, werkzaam in een coffeeshop, had hoger beroep ingesteld tegen een eerdere uitspraak waarbij hij was vervolgd voor het bezit van softdrugs. De verdediging voerde aan dat de aangetroffen hoeveelheid hennep, 425 gram, onder de bedrijfsvoorraad van de coffeeshop viel en dat het Openbaar Ministerie daarom niet-ontvankelijk was in de vervolging. Het hof oordeelde dat de aangetroffen softdrugs in de onmiddellijke nabijheid van de coffeeshop lagen en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die aanleiding gaven tot vervolging. Het hof stelde vast dat de hoeveelheid hennep niet boven het maximum van 500 gram uitkwam, zoals vastgesteld in het AHOJG-beleid. Hierdoor werd het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk verklaard in de strafvervolging. Tevens gelastte het hof de teruggave van een in beslag genomen geldbedrag van € 1.425,-- aan de verdachte. De uitspraak benadrukt de toepassing van het gedoogbeleid en de AHOJG-criteria voor coffeeshops, waarbij het hof de noodzaak van vervolging in deze specifieke situatie ter discussie stelde.