ECLI:NL:GHARN:2012:BX7742
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- R. Krijger
- H. van Loo
- A.J.H. Blaisse - Ozinga
- Rechtspraak.nl
Wijziging geslachtsnaam vader voor geboorte kind; verzoek OM doorhaling te gelasten van de latere vermelding betreffende de ambtshalve verbetering op geboorteakte kind
In deze zaak gaat het om een verzoek tot wijziging van de geslachtsnaam van een kind, dat is geboren op 5 oktober 2011. De vader had zijn geslachtsnaam op 15 september 2011 gewijzigd van '[A.]' naar '[B.]'. Na de geboorte van het kind heeft de ambtenaar van de burgerlijke stand de geslachtsnaam van het kind ambtshalve gewijzigd naar '[B.]'. De moeder en de vader, die gezamenlijk in hoger beroep zijn gekomen, zijn van mening dat deze wijziging van de geslachtsnaam van de vader ook automatisch de geslachtsnaam van hun kind zou moeten beïnvloeden. De officier van justitie heeft echter verzocht om de ambtelijke doorhaling van de latere vermelding op de geboorteakte, waarbij de geslachtsnaam van het kind was gewijzigd.
Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig overwogen. Het hof constateert dat de vader ten tijde van de naamswijziging geen gezag over het kind had, aangezien het gezag pas kan worden aangevraagd na de geboorte. Dit leidt tot de conclusie dat de wijziging van de geslachtsnaam van de vader niet automatisch van toepassing is op het kind. De verzoekers hebben tijdens de mondelinge behandeling verklaard dat zij verkeerd zijn voorgelicht door de ambtenaar van de burgerlijke stand over de gevolgen van de naamswijziging.
Het hof oordeelt dat de ambtelijke fout, die heeft geleid tot de wijziging van de geslachtsnaam van het kind, niet in overeenstemming is met de wetgeving en de intenties van de wetgever. De verzoekers zouden in een ongelukkige situatie terechtkomen waarbij het kind een andere geslachtsnaam zou hebben dan zijn ouders, wat verwarring in de maatschappij zou kunnen veroorzaken. Daarom heeft het hof besloten om de bestreden beschikking van de rechtbank te vernietigen en het verzoek van de officier van justitie af te wijzen.