2.2 Vervolgens hebben partijen de stukken voor het wijzen van arrest aan het hof overge-legd en heeft het hof arrest bepaald.
3 De vaststaande feiten
3.1 Tussen partijen staan in hoger beroep als enerzijds gesteld en anderzijds erkend dan wel niet of onvoldoende weersproken en op grond van de in zoverre niet bestreden inhoud van overgelegde producties, de navolgende feiten vast.
3.2 Tussen de rechtsvoorganger van de Maatschap en Vicoma is in maart 2004 een huur-overeenkomst tot stand gekomen met betrekking tot de kantoorruimte gelegen op de eerste verdieping van de bedrijfsruimte aan de Reigerstraat 30 te Velp, verder te noemen het ge-huurde. Op 28 april 2004 is door Vicoma een bankgarantie aan de rechtsvoorganger van de Maatschap afgegeven. Met ingang van 1 mei 2004 wordt het gehuurde aan Vicoma verhuurd.
3.3 De huurovereenkomst bepaalt onder andere:
“3.3 Indien voortzetting van de huurovereenkomst heeft plaatsgehad overeenkomstig 3.2, wordt de huurovereenkomst na afloop van deze en elke volgende huurperiode tel-kens voortgezet voor een periode van 5 (vijf) jaar, tenzij de huurovereenkomst door één van partijen of door beide partijen is opgezegd met inachtneming van een termijn van tenminste 12 (twaalf) maanden.
3.4 Opzegging dient te geschieden bij deurwaardersexploot of per aangetekend schrij-ven.
(…)
7.2 Tenzij schriftelijk anders overeengekomen, wordt verhuurder door de beheerder vertegenwoordigd ten aanzien van de inhoud en alle verdere aangelegenheden betref-fende deze huurovereenkomst.”
3.4 Op de huurovereenkomst zijn de Algemene bepalingen huurovereenkomst kantoor-ruimte en andere bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:230a BW, verder te noemen de alge-mene bepalingen, van toepassing verklaard. De algemene bepalingen bepalen onder andere:
“26. Indien door verhuurder een beheerder is of wordt aangesteld, zal huurder zich omtrent alle met de huurovereenkomst verband houdende aangelegenheden met de be-heerder verstaan.”
3.5 De aanvangshuurprijs van het gehuurde bedroeg op jaarbasis € 35.075,00 exclusief het voorschot voor de bijkomende leveringen en diensten en exclusief de over de huurprijs ver-schuldigde omzetbelasting, en daarmee € 8.768,75 per kwartaal. De huurpenningen dienen per kwartaal bij vooruitbetaling voor of op de eerste dag van de periode waarop de betalin-gen betrekking hebben, volledig te zijn voldaan.
3.6 De Maatschap is sinds 4 april 2005 eigenaresse van de bedrijfsruimte aan de Reiger-straat 30 te Velp. Bij brief van 11 april 2005 heeft de he[A], verder te noemen [A], eigenaar van Optima Vastgoed Beheer en een van de maten van de Maatschap, Vi-coma onder meer als volgt bericht:
“Namens de nieuwe eigenaar delen wij u mede dat met ingang van 4 april jongstleden het beheer over voornoemd kantoorgebouw is uitbesteed aan Optima Vastgoed Be-heer.
Het correspondentie adres van de Maatschap is aan het kantoor van Optima Vastgoed Beheer:
Maatschap Reigerstraat 30
Singerstraat 25
1064 WN Amsterdam
Uw contactpersoon binnen Optima Vastgoed Beheer is ondergetekende.”
3.7 Tussen de Maatschap en Vicoma is op 5 april 2006 een allonge op de huurovereen-komst tot stand gekomen, waarin onder andere is opgenomen:
“1.3 (…)
1.6 Artikel 3.1 van het huidige huurcontract wordt als volgt gewijzigd:
“Deze overeenkomst is aangegaan voor de duur van 5 (vijf) jaar, ingaande op 1 mei 2006 en lopende tot 1 mei 2011”.
1.7 Artikel 3.2 van het huidige huurcontract wordt als volgt gewijzigd:
“Na het verstrijken van de in 3.1 genoemde periode wordt deze huurovereenkomst, tenzij door huurder en/of verhuurder opzegging overeenkomstig 3.3 heeft plaatsgehad, voortgezet voor een aansluitende periode van 5 (vijf) jaar, derhalve tot 1 mei 2016. Deze overeenkomst wordt vervolgens voortgezet voor aansluitende perioden van tel-kens 5 (vijf) jaar”.”
3.8 Bij aangetekende brief van 29 april 2010 heeft Vicoma de huurovereenkomst opge-zegd tegen 30 april 2011. Vicoma heeft deze opzeggingsbrief op 29 april 2010 te 14.36 uur per e-mail verzonden aan [A].
3.9 Deze brief is op maandag 3 mei 2010 door TNT Post aan de Maatschap aangeboden.
3.10 Bij e-mail van 31 mei 2010 heeft [A] Vicoma onder meer als volgt bericht:
“Zoals op dinsdag 4 mei met u afgesproken, zou ik Vicoma’s brief met de eigenaren (Maatschap Reigerstraat 30) bespreken en hierop bij u terug komen.
(…) Wij constateren dat de opzegging van het huurcontract niet correct is doorgege-ven waardoor het ongeldig is. De opzegging had gericht moeten worden aan Maat-schap Reigerstraat 30, Postbus 9014 te A’dam (zie bijlage addendum huurcontract; hier staan de naw gegevens van verhuurder genoemd).”
3.11 Bij via deurwaardersexploot uitgereikte brief van 3 februari 2011 heeft de gemachtig-de van de Maatschap aan Vicoma meegedeeld dat de opzegging te laat is gedaan en dat de huurovereenkomst doorloopt tot 30 april 2016.
4 De motivering van de beslissing in hoger beroep
4.1 In dit geding heeft de Maatschap in conventie gevorderd, kort samengevat, een verkla-ring voor recht dat de huurovereenkomst eerst eindigt op 1 mei 2016 en veroordeling van Vicoma tot betaling van huurpenningen en alle werkelijke (proces)kosten. In reconventie heeft Vicoma gevorderd, eveneens kort samengevat, een verklaring voor recht dat de huur-overeenkomst per 1 mei 2011 is geëindigd en veroordeling van de Maatschap tot het retour-neren van de bankgarantie, subsidiair tot betaling aan Vicoma van het onder de bankgarantie door de Maatschap ten laste van Vicoma ontvangen bedrag. Bij het vonnis van 18 juli 2011 heeft de kantonrechter de vorderingen in conventie afgewezen en in reconventie voor recht verklaard dat de huurovereenkomst per 1 mei 2011 is geëindigd en de Maatschap veroor-deeld tot het retourneren van de bankgarantie, een en ander met veroordeling van de Maatschap in de kosten in conventie en in reconventie. Tegen deze beslissingen en de daar-aan door de kantonrechter ten grondslag gelegde overwegingen richten zich de grieven.
4.2 Het debat tussen partijen spitst zich toe op de vraag of de onder 3.8 bedoelde opzeg-ging tijdig en geldig is gedaan. De kantonrechter heeft geoordeeld dat in de gegeven omstan-digheden de in artikel 3.3 van de huurovereenkomst neergelegde regel niet van toepassing is omdat dit naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zou zijn.