ECLI:NL:GHARN:2012:BX4283

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
8 augustus 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
AVNR 000890 -12
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Opheffing voorlopige hechtenis na einduitspraak door rechtbank

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 8 augustus 2012 uitspraak gedaan in het hoger beroep van de verdachte, die verzocht om opheffing van het bevel tot voortduren van de voorlopige hechtenis. De verdachte was eerder door de Rechtbank Utrecht veroordeeld tot een gevangenisstraf, waarbij het onvoorwaardelijke gedeelte gelijk was aan de tijd die hij reeds in voorarrest had doorgebracht. De rechtbank had echter nagelaten het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis tegelijk met de einduitspraak op te heffen, wat in strijd is met artikel 72 van het Wetboek van Strafvordering. Het hof oordeelde dat, gezien het bepaalde in artikel 67a lid 3 van het Wetboek van Strafvordering, de voorlopige hechtenis van de verdachte moest worden opgeheven. De beslissing van het hof was dus gebaseerd op de constatering dat de rechtbank niet correct had gehandeld door het bevel niet op te heffen.

Uitspraak

Gerechtshof te Arnhem
pkn: 16-654273-12
avnr: 000890 -15
Het gerechtshof heeft te beslissen op het hoger beroep ingesteld door
[Verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
tot opheffing van het tegen die verdachte rechtens gegeven en nog van kracht zijnde bevel tot voortduren van de voorlopige hechtenis.
Het hof heeft gehoord de advocaat-generaal en de raadsman van verdachte, mr A. Boumanjal, advocaat te Utrecht, in raadkamer van heden.
OVERWEGINGEN:
Bij vonnis van 24 juli 2012 heeft de Rechtbank Utrecht de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf, waarvan het onvoorwaardelijke gedeelte gelijk is aan de tijd die verdachte op die datum reeds in voorarrest had doorgebracht. Gelet op het bepaalde in artikel 72 van het Wetboek van Strafvordering had de rechtbank het geschorste bevel voorlopige hechtenis derhalve tegelijk met de einduitspraak dienen op te heffen. Nu dat niet is geschied, zal het hof gelet op het bepaalde in artikel 67 a lid 3 van het Wetboek van Strafvordering de voorlopige hechtenis opheffen.
Het hof heeft gelet op het bepaalde in de artikelen 67a en 69 van het Wetboek van Strafvordering.
BESLISSING:
Het hof heft op de voorlopige hechtenis van verdachte met ingang van heden.
Aldus gegeven op 8 augustus 2012 door mrs A.E. Harteveld, voorzitter, A.W.M. Elders en
E.G. Smedema, raadsheren, in tegenwoordigheid van Y.E. van Dorst, griffier, en ondertekend door de voorzitter en de griffier.