ECLI:NL:GHARN:2012:BX1988
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- M.W. Zandbergen
- W. Breemhaar
- B.J.H. Hofstee
- Rechtspraak.nl
Draagplicht voor schuld aan nieuwe partner van ex-echtgenoot
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem werd behandeld, ging het om de draagplicht voor een schuld aan de nieuwe partner van een ex-echtgenoot. De zaak werd behandeld in hoger beroep, waarbij de appellante, vertegenwoordigd door mr. A.C.M. Montessori, het hof verzocht om te bepalen dat zij niet draagplichtig was voor een eventuele schuld aan [X]. De geïntimeerde, vertegenwoordigd door mr. H.A. Rispens, had in het incidenteel appel gevorderd dat beide partijen voor de helft draagplichtig zouden zijn voor de door hem gestelde schuld aan [X].
Tijdens de procedure werd op 13 maart 2012 door beide partijen verklaard af te zien van het verschijnen ter comparitie. De appellante trok haar principaal appel in, maar verzocht het hof om te beslissen op haar verzoek. Het hof oordeelde dat de vordering van de geïntimeerde niet toewijsbaar was, omdat er onvoldoende bewijs was dat de gelden door [X] als geldlening waren verstrekt. Het bewijsaanbod van de geïntimeerde werd niet tijdig gedaan, wat ook een rol speelde in de beslissing van het hof.
Uiteindelijk verklaarde het hof de appellante niet-ontvankelijk in het door haar ingestelde hoger beroep en bekrachtigde het vonnis van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 14 oktober 2009, met aanvulling van gronden. Het hof bepaalde dat iedere partij de eigen kosten van het geding in hoger beroep zou dragen, gezien de omstandigheden dat partijen gewezen echtelieden zijn. De uitspraak werd gedaan op 17 juli 2012, in aanwezigheid van de griffier.