ECLI:NL:GHARN:2011:BV2631
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Y.A.J.M. van Kuijck
- E.G. Smedema
- W.R. Rosingh
- E. Harmsen
- M.G.E. Tervoort
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verlengingsvordering terbeschikkingstelling op basis van psychische toestand
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 23 december 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Groningen van 13 oktober 2010, die de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde met twee jaar had verlengd. De terbeschikkinggestelde, geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum], verblijft in [kliniek]. De zaak betreft de afwijzing van de verlengingsvordering door de officier van justitie. Het hof heeft geconstateerd dat, hoewel de wet voor verlenging van de terbeschikkingstelling niet expliciet vereist dat er ten tijde van de verlenging nog sprake is van een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis, deze eis wel moet worden nageleefd in het kader van de aard en strekking van de maatregel. De kliniek had in haar verlengingsadvies van 3 mei 2010 gesteld dat er sprake was van een persoonlijkheidspathologie, maar de deskundige [deskundige 1] concludeerde in zijn rapportage van 20 februari 2011 dat er geen aantoonbare psychische stoornis aanwezig was. Het hof heeft daarom besloten dat de terbeschikkinggestelde ter observatie moest worden opgenomen in het Pieter Baan Centrum (PBC). De rapportage van het PBC op 28 november 2011 bevestigde dat er geen gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis meer aanwezig was, en dat het recidivegevaar als laag werd ingeschat. Het openbaar ministerie stelde dat de aanwezigheid van een stoornis een vereiste is voor verlenging, en aangezien deze niet was vastgesteld, diende de vordering van de officier van justitie te worden afgewezen. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank vernietigd en de vordering van de officier van justitie afgewezen.