Parketnummer: 21-002657-10
Uitspraak d.d.: 16 november 2011
TEGENSPRAAK
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Zutphen van 12 juli 2010 in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
thans verblijvende in P.I. Achterhoek – verlengde Ooyerhoekseweg te Zutphen.
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van het hof van 12 april 2011 en 2 november 2011 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd (zie voor de inhoud van de vordering bijlage I). Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsman,
mr D.R. Corbeek, naar voren is gebracht.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen omdat het tot een andere strafoplegging komt en daarom opnieuw rechtdoen.
Aan verdachte is -na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting in eerste aanleg- tenlastegelegd dat:
1.
hij (A) op of omstreeks 30 november 2009 en/of (B) op of omstreeks 2 december 2009 te [pleegplaats 1], gemeente [gemeente 1], en/of in de gemeente [gemeente 2] en/of elders in Nederland, (telkens) ter uitvoering van het door hem, verdachte, voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met (een) ander(en) en/of alleen
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning ( gelegen aan de [pleegadres 1] te [pleegplaats 1]) weg te nemen geld en/of (een) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan (de familie) [slachtoffer 1], althans aan de bewo(o)n(st)er(s) van voornoemde woning , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) , en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan en/of te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die (familie) [slachtoffer 1], althans tegen die bewo(o)n(st)er(s) van voornoemde woning, te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
hij, verdachte, en/of (een of meer van) zijn mededader(s) met voormeld oogmerk (telkens)
- tape en/of tie rips en/of (een) (bivak)muts(en) en/of een of meer (geladen)(vuur)wapens, althans (een) daarop gelijkend(e) voorwerp(en) in een auto heeft/hebben gelegd en/of vervoerd en/of
- een rolverdeling heeft/hebben afgesproken met betrekking tot de wijze waarop bovengenoemd(e) strafba(a)r(e) feit(en) uitgevoerd zou(den) worden en/of
- heeft/hebben besproken hoe de buit verdeeld zou (kunnen) worden en/of
- met een auto in de richting van/naar de woning (gelegen aan de [pleegadres 1] te [pleegplaats 1]) is/zijn gereden en/of aldaar is/zijn uitgestapt en/of naar (de achterzijde van ) die woning is/zijn gelopen (met medeneming van tape en/of tie-rips en/of (bivak)muts(en) en/of een of meer vuurwapen(s), althans daarop gelijkend(e) voorwerp(en)) en/of
- met een auto in de richting van (die woning in) [pleegplaats 1] is/zijn gereden,
terwijl de uitvoering van dat/die voorgenomen misdrijf/misdrijven (telkens) niet is voltooid;
hij (A) op of omstreeks 30 november 2009 en/of (B) op of omstreeks 2 december 2009 te [pleegplaats 1], gemeente [gemeente 1], en/of in de gemeente [gemeente 2] en/of elders in Nederland, (telkens) ter uitvoering van het door hem, verdachte, voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met (een) ander(en) en/of alleen
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld die (familie) [slachtoffer 1] , althans die bewo(o)n(st)er(s) van voornoemde woning, te dwingen tot de afgifte van geld en/of (een) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan die (familie) [slachtoffer 1] , althans aan die bewo(o)n(st)er(s) van voornoemde woning, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
hij, verdachte, en/of (een of meer van) zijn medader(s) met voormeld oogmerk (telkens)
- tape en/of tie rips en/of (een) (bivak)muts(en) en/of een of meer (geladen)(vuur)wapens, althans (een) daarop gelijkend(e) voorwerp(en) in een auto heeft/hebben gelegd en/of vervoerd en/of
- een rolverdeling heeft/hebben afgesproken met betrekking tot de wijze waarop bovengenoemd(e) strafba(a)r(e) feit(en) uitgevoerd zou(den) worden en/of
- heeft/hebben besproken hoe de buit verdeeld zou (kunnen) worden en/of
- met een auto in de richting van/naar de woning (gelegen aan de [pleegadres 1] te [pleegplaats 1]) is/zijn gereden en/of aldaar is/zijn uitgestapt en/of naar (de achterzijde van ) die woning is/zijn gelopen (met medeneming van tape en/of tie-rips en/of (bivak)muts(en) en/of een of meer vuurwapen(s), althans daarop gelijkend(e) voorwerp(en)) en/of
- met een auto in de richting van (die woning in) [pleegplaats 1] is/zijn gereden,
terwijl de uitvoering van dat/die voorgenomen misdrijf/misdrijven (telkens) niet is voltooid;
en/of
EN/OF, INDIEN TEN AANZIEN VAN HET/DE FEIT(EN) GERELATEERD AAN HET/DE ONDER A EN/OF B GENOEMDE TIJDSTIP(PEN) GEEN VEROORDELING MOCHT VOLGEN, GELDT TEN AANZIEN VAN DAT/DIE ONDER A EN/OF B GENOEMDE TIJDSTIP(PEN) EN DAARAAN GERELATEERDE FEIT(EN) DAT:
hij (op één of meer tijdstip(pen)) in of omstreeks de periode van 6 november 2009 tot en met 30 november 2009 en/of in of omstreeks de periode van 30 november 2009 tot en met 2 december 2009 te [pleegplaats 1], gemeente [gemeente 1], en/of in de gemeente [gemeente 2] en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en) en/of alleen (telkens) ter voorbereiding van het misdrijf, waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van 8 jaren of meer is gesteld, te weten diefstal met geweld in vereniging en/of afpersing in vereniging van geld en/of goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan (de familie) [slachtoffer 1], althans aan de bewo(o)n(st)er(s) van een woning (gelegen aan de [pleegadres 1] te [pleegplaats 1]), (telkens) opzettelijk
- (een) bivakmuts(en), althans een voor vermomming geschikt(e) voorwerp(en) en/of
- tape en/of tie rips en/of
- een of meer (geladen) (vuur)wapen(s), althans (een) daarop gelijkend(e) voorwerp(en) en/of
- een of meer auto('s) en/of
- een woning (gelegen aan de [straat] te [gemeente 2]), dienende als verzamelplek van verdachte en/of zijn mededader(s) en/of als bewaarplaats voor een of meer bivakmuts(en) en/of tape en/of tie-rips en/of vuurwapen(s) en/of munitie,
zijnde voorwerpen, stoffen, (een) vervoermiddel(en) en/of (een) ruimte(n) bestemd tot het begaan van dat/die misdrijf/misdrijven, heeft/hebben verworven en/of voorhanden gehad en/of vervaardigd en/of ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd, en/of
hij, verdachte, en/of (een of meer van) zijn mededader(s)
- inlichtingen heeft/hebben ingewonnen met betrekking tot het te overvallen object en/of subject (te weten (de familie) [slachtoffer 1]/ de bewo(o)n(st)er(s) van perceel [pleegadres 1] te [pleegplaats 1]) en/of
- zich die woning (gelegen aan de [pleegadres 1] te [pleegplaats 1]) laten aanwijzen en/of - een of meer (mondelinge en/of telefonische en/of via MSN en/of via SMS) gesprek(ken) heeft/hebben gevoerd met betrekking tot het al of niet deelnemen van bepaalde perso(o)n(en) aan bovengenoemd(e) strafba(a)r(e) feit(en) en/of het tijdstip en de wijze waarop bovengenoemd(e) strafbare feit(en) uitgevoerd zou/zouden worden en/of
- met en/of vanuit een of meer auto('s) en/of lopend een of meer observaties heeft/hebben gedaan en/of uitgevoerd van die woning ( gelegen aan de [pleegadres 1] te [pleegplaats 1]) en/of een of meer (van die) auto('s) voor dat doel heeft/hebben geleend en/of gebruikt en/of
- een rolverdeling heeft/hebben afgesproken met betrekking tot de wijze waarop bovengenoemd(e) strafbare feit(en) uitgevoerd zou/zouden worden en/of
- heeft/hebben besproken hoe de buit verdeeld zou (kunnen) worden en/of
- een of meer (van voornoemde) (vuur)wapen(s)/voorwerp(en) heeft/hebben geladen met (een) patro(o)n(en)/munitie.
2.
hij in of omstreeks de periode van 30 november 2009 tot en met 2 december 2009 in de gemeente(n) [gemeente 3] en/of [gemeente 2] en/of [gemeente 1] en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en) en/of alleen,
twee/een wapen(s) van categorie III (onder 1), te weten
- een gaspistool (merk Voltran, model Ekol Firat Compact, kaliber 9 mm) en/of
- een gaspistool (merk Röhm, model Vektor CP1, kaliber 9 mm) en/of
munitie van categorie III, te weten (in totaal) 14 , althans een aantal patronen van het kaliber 9 mm P.A.K., zijnde voor deze/dit wapen(s) geschikte munitie, voorhanden heeft/hebben gehad en/of munitie van categorie III, te weten 11, althans een aantal zogenaamde knalpatronen voorhanden heeft/hebben gehad.
3.
primair
hij in of omstreeks de periode van 16 augustus 2009 tot en met 17 augustus 2009 te [pleegplaats 2], gemeente [gemeente 3], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning (perceel [pleegadres 2]) heeft weggenomen
- een kist, inhoudende onder meer een concertzither/muziekinstrument en/of een hoeveelheid (reserve)snaren en/of drie, althans een aantal (zither)ringen en/of een (zither) (af)stemmingsapparaat en/of een stemgavel en/of
- een zogenaamde 3-2-1-set (homecinema-set, merk Bose) en/of
- een stereoinstallatie (merk Sansui) en/of
- een mobiele telefoon (Nokia 5800 Red) en/of
- twee/een DVD('s) (titel(s) Pretty Woman en/of Dirty Dancing) en/of
- een televisie,
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak en/of inklimming.
subsidiair
hij in of omstreeks de periode van 16 augustus 2009 tot en met 17 augustus 2009 te [pleegplaats 2], gemeente [gemeente 3], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning (perceel [pleegadres 2]) weg te nemen een televisie, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die woning te verschaffen en/of die/dat weg te nemen televisie onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak en/of inklimming, hij, verdachte, en/of (een of meer van) zijn mededader(s) met voormeld oogmerk, een ruit heeft/hebben geforceerd en/of die ruit open heeft/hebben gehouden en/of door die ruit die woning heeft/hebben betreden en/of die televisie heeft/hebben aangegeven en/of in de tuin van die woning heeft/hebben neergezet, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
4.
primair
hij op of omstreeks 30 november 2009 te [pleegplaats 2], gemeente [gemeente 3], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een cafetaria/snackbar weg te nemen geld en/of (een) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan een of meer thans (bij naam) nog onbekend gebleven perso(o)n(en) (te weten de eigenaar(s)/ beheerder(s)/ medewerker(s) van genoemde cafetaria/snackbar), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), en daarbij die voorgenomen diefstal te doen voorafgaan en/of te doen vergezellen en/of te doen volgen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die thans nog onbekend gebleven perso(o)n(en), te plegen met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
hij, verdachte, en/of (een of meer van) zijn mededader(s) met voormeld oogmerk
- inlichtingen heeft/hebben verstrekt met betrekking tot het te overvallen object en/of subject(en) en/of
- (meermalen) (ter observatie) (met een auto) langs die cafetaria/snackbar is/zijn gereden en/of gelopen en/of (vervolgens)
- met (een) (bivak)muts(en) en/of (een) (vuur)wapen(s) in de richting van die cafetaria/snackbar is/zijn gelopen en/of in de naaste omgeving /bij die cafetaria/snackbar heeft/hebben gewacht,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid,
hij op of omstreeks 30 november 2009 te [pleegplaats 2], gemeente [gemeente 3], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk om zich en/of een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld die thans nog onbekend gebleven perso(o)n(en) te dwingen tot de afgifte van geld en/of (een) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan die thans nog onbekend gebleven perso(o)n(en) in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
hij, verdachte, en/of (een of meer van) zijn mededader(s) met voormeld oogmerk
- inlichtingen heeft/hebben verstrekt met betrekking tot het te overvallen object en/of subject(en) en/of
- (meermalen) (ter observatie) (met een auto) langs die cafetaria/snackbar is/zijn gereden en/of gelopen en/of (vervolgens)
- met (een) (bivak)muts(en) en/of (een) (vuur)wapen(s) in de richting van die cafetaria/snackbar is/zijn gelopen en/of in de naaste omgeving /bij die cafetaria/snackbar heeft/hebben gewacht,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
subsidiair
hij op of omstreeks 30 november 2009 te [pleegplaats 2], gemeente [gemeente 3], en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en) en/of alleen ter voorbereiding van het misdrijf , waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van 8 jaren of meer is gesteld, te weten diefstal met geweld in vereniging en/of afpersing in vereniging van geld en/of goederen , geheel of ten dele toebehorende aan een of meer thans (bij naam) onbekend gebleven personen (te weten de eigenaar(s)/ beheerder(s)/ medewerker(s) van een cafetaria/snackbar) opzettelijk
- (een) bivakmuts(en), althans een voor vermomming geschikt(e) voorwerp(en) en/of
- een of meer (geladen)(vuur)wapen(s), althans daarop gelijkend(e) voorwerp(en) en/of
- een of meer auto('s), zijnde voorwerpen, stoffen en/of (een) vervoermiddel(en) bestemd tot het begaan van dat misdrijf, heeft verworven en/of voorhanden gehad en/of vervaardigd en/of ingevoerd en/of doorgevoerd en/of uitgevoerd en/of hij, verdachte, en/of (een of meer van) zijn mededader(s)
- een of meer mondelinge gesprek(ken) heeft/hebben gevoerd met betrekking tot het tijdstip en de wijze waarop bovengenoemd strafbare feit uitgevoerd zal worden en/of
- inlichtingen heeft/hebben verstrekt met betrekking tot het te overvallen object en/of subject(en) en/of
- met en/of vanuit een auto en/of lopend (een) observatie(s) heeft/hebben gedaan en/of uitgevoerd van een pand (te weten een cafetaria/snackbar van (een) thans (bij naam) nog onbekend gebleven perso(o)n(en)) en/of die/een auto voor dat doel geleend en/of gebruikt en/of
- met een of meer (van voornoemde) (bivak)muts(en) en/of een of meer (van voornoemde) (vuur)wapen(s)/voorwerp(en) in de richting van dat pand/die cafetaria/snackbar is/zijn gelopen en/of in de naaste omgeving/bij die cafetaria/snackbar heeft/hebben gewacht.
5.
hij op of omstreeks 14 april 2009 in de gemeente [gemeente 2], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [slachtoffer 3] heeft gedwongen tot de afgifte van een mobiele telefoon (Sony Eriksson W710I) en/of een (ten dele gevuld) pakje sigaretten (Camel) en/of een aansteker, in elk geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan die [slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s)
- op die [slachtoffer 3] is/zijn toegelopen (terwijl verdachtes mededader zijn gezicht (geheel/gedeeltelijk) bedekt had met een (bivak)muts en/of
- bij die [slachtoffer 3] met een arm een wurggreep heeft/hebben aangelegd (gehouden), althans een arm om de schouder van die [slachtoffer 3] heeft gelegd en/of
- (daarbij) (dreigend) de woorden "meelopen" heeft /hebben geroepen/gezegd en/of
- die [slachtoffer 3] heeft/hebben meegetrokken en/of
- (vervolgens) (dreigend) tegen die [slachtoffer 3] heeft/hebben gezegd: "maak je zakken leeg, of moet ik je slaan" en/of "geef eens die telefoon" en/of
- (dreigend) met gebalde vuist(en) tegenover die [slachtoffer 3] is/zijn gaan staan;
hij op of omstreeks 14 april 2009 in de gemeente [gemeente 2], tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen een mobiele telefoon (Sony Eriksson W710I) en/of een (ten dele gevuld) pakje sigaretten (Camel) en/of een aansteker, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 3], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan (een) andere deelnemer(s) aan voormeld misdrijf de vlucht mogelijk te maken, en/of het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat hij, verdachte, en/of zijn mededader(s)
- op die [slachtoffer 3] is/zijn toegelopen (terwijl verdachtes mededader zijn gezicht (geheel/gedeeltelijk) bedekt had met een (bivak)muts en/of
- bij die [slachtoffer 3] met een arm een wurggreep heeft/hebben aangelegd (gehouden), althans een arm om de schouder van die [slachtoffer 3] heeft gelegd en/of
- (daarbij) (dreigend) de woorden "meelopen" heeft /hebben geroepen/gezegd en/of
- die [slachtoffer 3] heeft/hebben meegetrokken en/of
- (vervolgens) (dreigend) tegen die [slachtoffer 3] heeft/hebben gezegd: "maak je zakken leeg, of moet ik je slaan" en/of "geef eens die telefoon" en/of
- (dreigend) met gebalde vuist(en) tegenover die [slachtoffer 3] is/zijn gaan staan.
6.
hij in of omstreeks de periode van 1 april 2009 tot en met 15 april 2009 in de gemeente [gemeente 2] (een) wapen(s) van categorie I onder 7°, te weten een balletjespistool (merk Para Ordnance), zijnde (een) voorwerp(en) dat/die voor wat betreft zijn/hun vorm en afmetingen een sprekende gelijkenis vertoonde(n) met (een) vuurwapen(s) en/of met (een) voor ontploffing bestemde voorwerp(en) voorhanden heeft gehad.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Partiële vrijspraak feit 1
Verdachte en zijn medeverdachten werden op 2 december 2009 aangehouden terwijl zij in de auto reden, op weg naar [pleegplaats 1]. Met de rechtbank is het hof van oordeel dat, nu verdachten zich nog niet in de buurt van de te overvallen woning ophielden en allen nog in de auto zaten, er nog geen sprake was van een begin van uitvoering. Het hof spreekt verdachte daarom vrij van medeplegen van poging tot diefstal met geweld en/of afpersing op 2 december 2009.
Overweging met betrekking tot het bewijs
Het hof is van oordeel dat het door en namens verdachte gevoerde verweer strekkende tot vrijspraak van het onder 1 en 4 en een gedeelte van het onder 5 tenlastegelegde wordt weersproken door de gebezigde bewijsmiddelen, zoals deze later in de eventueel op te maken aanvulling op dit arrest zullen worden opgenomen. Het hof heeft geen reden om aan de juistheid en betrouwbaarheid van de inhoud van die bewijsmiddelen te twijfelen.
Het hof overweegt daarbij in het bijzonder het volgende.
Ten aanzien van het onder 1 tenlastegelegde
Begin van uitvoering
De raadsman heeft betoogd dat er geen begin van uitvoering van een overval in [pleegplaats 1] was op 30 november 2009. Het enkele gegeven dat vier personen in een weiland staan, op flinke afstand van de betreffende woning, is onvoldoende om te stellen dat er sprake is van een begin van uitvoering. Er zijn immers geen karakteristieke handelingen vastgesteld met betrekking tot de tenlastegelegde overval om een begin van uitvoering aan te nemen. Er kan derhalve niet worden gesproken van een poging.
Het hof overweegt het volgende. Verdachte en zijn medeverdachten [medeverdachte 1], [medeverdachte 2], [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] zijn op 30 november 2009 naar [pleegplaats 1] gereden. De verdachten zijn eerst een aantal keren langs de te overvallen woning aan de Achtergaardsestraat gereden en parkeerden de auto vervolgens in de buurt van de woning. Er werden afspraken gemaakt over wie de mensen in de woning zouden vastbinden met tape en wie de mensen onder schot zouden houden. Medeverdachte [medeverdachte 3] verklaarde bij de politie dat [medeverdachte 1] een pistool achter zijn broekband vandaan haalde en aan iemand achter in de auto gaf. [verdachte] moest van [medeverdachte 1] naar het geld zoeken. Hij zelf kreeg een rol tape van [medeverdachte 2]. [medeverdachte 2] zou hem helpen om de mensen in de woning vast te binden en vast te tapen. [verdachte] en [medeverdachte 4] zouden de mensen onder schot houden. [medeverdachte 4] verklaarde bij de politie dat hij een wapen kreeg en dat [medeverdachte 3] tierips kreeg. [verdachte] verklaarde dat er ook twee bivakmutsen werden meegenomen.
Terwijl [medeverdachte 1], die de auto bestuurde, in de auto bleef wachten zijn de andere verdachten, voorzien van tape, tierips, bivakmutsen en wapens naar de achterkant van de woning gelopen. [verdachte] verklaarde ter zitting dat ze eerst over een sloot moesten springen om bij de woning te komen. [medeverdachte 4] verklaarde bij de politie dat de auto een eind bij de woning vandaan geparkeerd werd en dat hij, [medeverdachte 2], [verdachte] en [medeverdachte 3] in de richting van de woning liepen. Bij een doodlopend stuk van de weg liepen zij een weiland in en keken zij via de achterzijde naar de woning.
Het hof stelt derhalve vast dat de verdachten uit de auto zijn gestapt, voorzien van wapens, tape, tierips en bivakmutsen en dat zij op een gegeven moment van de straat af in de richting van het te overvallen object - de woning in [pleegplaats 1] - zijn gelopen en tenslotte zoveel zicht hadden op de achterzijde van de woning, dat er werd verklaard dat men iemand voor het raam zag (zie hierna onder “vrijwillige terugtred”). Het hof is van oordeel dat genoemde gedragingen niet anders kunnen worden geduid dan als te zijn gericht op de voltooiing van diefstal met geweld, dan wel afpersing van de mensen in de woning.
Het hof acht derhalve bewezen dat sprake is geweest van een begin van uitvoering en verwerpt het verweer.
De raadsman heeft aangevoerd dat, indien het hof van oordeel is dat er wel sprake is van een begin van uitvoering op 30 november 2009, de verdachten vrijwillig zijn teruggetreden. Verdachte dient dan ook te worden ontslagen van alle rechtsvervolging.
Daarover wordt het volgende overwogen. [medeverdachte 4] verklaarde bij de politie dat hij iemand voor het raam zag staan en dat het eigenlijk ook veel te licht was buiten. [medeverdachte 3] verklaarde bij de politie dat hij van [medeverdachte 4] hoorde dat er iemand achter het raam zou staan. Een van de anderen dacht ook dat er iemand voor het raam stond. [medeverdachte 3] verklaarde verder dat hij dacht dat als er niemand gezien was achter het raam, de woning gewoon was overvallen. Vervolgens zijn de verdachten teruggekeerd naar de auto.
Het hof is van oordeel dat dit geen omstandigheden zijn van de wil van de dader afhankelijk. Het besluit om op die avond niet door te gaan met de overval vond immers uitsluitend plaats onder invloed van de van buiten komende omstandigheden dat er was gezien dat er iemand achter het raam stond en het bovendien te licht was. Of er daadwerkelijk iemand heeft gestaan, maakt dit oordeel niet anders. De verklaring van verdachte ter zitting van het hof, dat men eigenlijk geen overval wilde plegen en de waarneming van iemand achter het raam als een excuus ten opzichte van [medeverdachte 1] nodig had om de overval af te breken, is in strijd met de direct na de aanhouding afgelegde verklaringen van twee medeverdachten zoals hierboven gerelateerd, die als meer geloofwaardig worden beoordeeld. Er is naar het oordeel van het hof derhalve geen sprake van een vrijwillig besluit om niet door te gaan. Het hof wordt in dat oordeel gesterkt door het feit dat de verdachten bleven bij het voornemen om deze woning te overvallen. Direct nadat de verdachten in de auto waren weggereden werden er immers plannen gemaakt om een paar dagen later opnieuw naar de woning in [pleegplaats 1] te gaan om alsnog de overval te plegen. Bovendien ging men diezelfde avond nog naar een ander object, een cafetaria, met het idee voor een overval.
Het hof verwerpt het verweer.
Het hof acht derhalve een poging tot diefstal met geweld in vereniging en/of poging tot afpersing in vereniging wettig en overtuigend bewezen.
Ten aanzien van het onder 4 tenlastegelegde
De raadsman heeft betoogd dat er geen sprake was van een begin van uitvoering van een overval op de cafetaria in [pleegplaats 2]. Het enkele lopen langs de cafetaria met het bij zich dragen van een bivakmuts en een pistool, voor niemand zichtbaar, is naar het oordeel van de raadsman onvoldoende om te spreken van een begin van uitvoering.
Daarover wordt het volgende overwogen. Verdachte heeft bij de politie verklaard dat hij en [medeverdachte 4] beiden een wapen bij zich hadden toen ze naar de cafetaria in [pleegplaats 2] liepen. [medeverdachte 4] had een alarmpistool en hij zelf een Beretta. Verdachte verklaarde dat zij bezig waren hun bivakmutsen op te doen en dat hij net het wapen had gepakt op het moment dat hij een camera zag hangen. [medeverdachte 4] verklaarde bij de politie dat hij en [verdachte] eerst twee keer langs de cafetaria zijn gelopen.
Het hof is van oordeel dat genoemde gedragingen naar uiterlijke verschijningsvorm zijn gericht op voltooiing van diefstal met geweld dan wel afpersing. Het feit dat de verdachten en de wapens voor niemand zichtbaar waren – zoals de raadsman heeft aangevoerd – is niet relevant bij de beoordeling of er sprake is van een begin van uitvoering. Het hof verwerpt het verweer.
De raadsman heeft aangevoerd dat, indien het hof van oordeel is dat er wel sprake is van een begin van uitvoering, de verdachten vrijwillig zijn teruggetreden. Zij waren immers niet echt van plan om de overval te gaan plegen. Verdachte dient dan ook te worden ontslagen van alle rechtsvervolging.
Het hof overweegt daartoe het volgende. Ter zitting heeft verdachte weliswaar verklaard dat de overval niet doorging omdat zij geen vijf jaar wilden gaan zitten voor een overval en dat zij pas daarna de camera’s zagen, maar zowel verdachte als [medeverdachte 4] hebben kort na het incident bij de politie een andere verklaring hierover afgelegd. Zo verklaarde verdachte bij de politie onder meer: “Wij stonden daar de bivakmutsen op ons hoofd te doen en ik had net het wapen gepakt toen ik naar boven keek en de camera zag hangen. Ik wees [medeverdachte 4] op de camera en ik zei: fuck, schijt ... weggaan. Hierop zijn wij weggegaan en toen zei [medeverdachte 4] tegen mij dat hij ook niet wilde gaan zitten voor een cafetariaoverval (...) Wij stonden zonder bivakmuts al op de camerabeelden.”
Medeverdachte [medeverdachte 4] verklaarde hierover bij de politie: “Ik en [bijnaam verdachte] (het hof begrijpt: verdachte [verdachte]) zijn daar uitgestapt om die cafetaria te overvallen (...) Terwijl wij stonden te wachten zagen wij dat er een camera op ons gericht was (...) Ik zei toen tegen [bijnaam verdachte] dat ik die cafetaria eigenlijk niet wilde overvallen omdat er een camera op ons gericht stond.”
Het hof is van oordeel dat het besluit om niet door te gaan met de overval uitsluitend plaatsvond onder invloed van een van buiten komende omstandigheid, te weten de aanwezigheid van een camera, die het ter plaatse zijn van de verdachten zou kunnen vastleggen.
Het hof verwerpt derhalve het verweer.
Ten aanzien van het onder 5 tenlastegelegde
De raadsman heeft aangevoerd dat het bestanddeel ‘geweld’ niet bewezen kan worden. Verdachte heeft verklaard dat het gebeurde een soort grap was, ook medeverdachte [medeverdachte 5] heeft verklaard dat de sfeer wat lacherig was. Verdachte heeft openhartig verklaard en meegewerkt met het onderzoek. De verklaring van aangever [slachtoffer 3] op het punt van de wurggreep is daarom niet betrouwbaar.
Het hof overweegt dat de verklaring van aangever ondersteund wordt door twee getuigenverklaringen. Getuige [getuige 1] verklaarde dat hij twee jongens zag, één van hen had een muts over zijn hoofd getrokken. De andere jongen trok aangever om zijn nek of schouder mee. Getuige [getuige 2] heeft verklaard dat hij zag dat de hem bekende [medeverdachte 5] een zwarte muts met gaten over zijn hoofd had getrokken en dat [verdachte] (het hof begrijpt: verdachte [verdachte]) een arm om de nek van aangever had gedaan en hem meenam. Het hof acht de verklaring van aangever op dit punt daarom betrouwbaar en acht daarom ook het geweldsaspect bewezen.
Verdachte heeft verklaard dat hij tegen aangever heeft gezegd: ‘maak je zakken leeg’. Aangever heeft vervolgens de telefoon, de sigaretten en een aansteker afgegeven. Ter zitting van het hof heeft verdachte verklaard dat de telefoon van aangever bedoeld was als ruilmiddel voor weed en hij deze dus niet wilde houden. Het hof is van oordeel dat verdachte aldus de telefoon onder zijn beschikkingsmacht heeft gebracht en er sprake is geweest van afpersing van [slachtoffer 3]. Het hof verwerpt derhalve het verweer.
Door wettige bewijsmiddelen, waarbij de inhoud van elk bewijsmiddel -ook in onderdelen- slechts wordt gebezigd tot het bewijs van dat tenlastegelegde feit waarop het blijkens de inhoud kennelijk betrekking heeft, en waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, heeft het hof de overtuiging verkregen en acht het hof wettig bewezen, dat verdachte het onder 1, 2, 3 primair, 4 primair, 5 en 6 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande, dat:
1.
hij op 30 november 2009 te [pleegplaats 1], gemeente [gemeente 1], en in de gemeente [gemeente 2] ter uitvoering van het door hem, verdachte, voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een woning gelegen aan de [pleegadres 1] te [pleegplaats 1] weg te nemen geld en/of goederen, toebehorende aan (de familie) [slachtoffer 1], althans aan de bewo(o)n(st)er(s) van voornoemde woning , in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) , en daarbij die voorgenomen diefstal te doen vergezellen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die (familie) [slachtoffer 1], althans tegen die bewo(o)n(st)er(s) van voornoemde woning, te plegen met het oogmerk om die diefstal
hij, verdachte, en/of (een of meer van) zijn mededader(s) met voormeld oogmerk
- tape en tie rips en bivakmutsen en (geladen)(vuur)wapens, althans daarop gelijkende voorwerpen in een auto hebben gelegd en vervoerd en
- een rolverdeling hebben afgesproken met betrekking tot de wijze waarop bovengenoemd strafbaar feit uitgevoerd zou worden en
- hebben besproken hoe de buit verdeeld zou (kunnen) worden en
- met een auto in de richting van de woning gelegen aan de [pleegadres 1] te [pleegplaats 1] zijn gereden en aldaar zijn uitgestapt en naar de achterzijde van die woning zijn gelopen met medeneming van tape en tie-rips en bivakmutsen en vuurwapens, althans daarop gelijkende voorwerpen
hij op 30 november 2009 te [pleegplaats 1], gemeente [gemeente 1], en in de gemeente [gemeente 2] ter uitvoering van het door hem, verdachte, voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen
met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld die (familie) [slachtoffer 1] , althans die bewo(o)n(st)er(s) van voornoemde woning, te dwingen tot de afgifte van geld en/of goederen, toebehorende aan die (familie) [slachtoffer 1] , althans aan die bewo(o)n(st)er(s) van voornoemde woning, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
hij, verdachte, en/of (een of meer van) zijn medader(s) met voormeld oogmerk
- tape en tie rips en bivakmutsen en (geladen)(vuur)wapens, althans daarop gelijkende voorwerpen in een auto hebben gelegd en vervoerd en
- een rolverdeling hebben afgesproken met betrekking tot de wijze waarop bovengenoemd strafbaar feit uitgevoerd zou worden en
- hebben besproken hoe de buit verdeeld zou (kunnen) worden en
- met een auto in de richting van de woning gelegen aan de [pleegadres 1] te [pleegplaats 1] zijn gereden en aldaar zijn uitgestapt en naar de achterzijde van die woning zijn gelopen met medeneming van tape en tie-rips en bivakmutsen en vuurwapens, althans daarop gelijkende voorwerpen
terwijl de uitvoering van die voorgenomen misdrijven (telkens) niet is voltooid;
hij op tijdstippen in de periode van 6 november 2009 tot en met 30 november 2009 en in de periode van 30 november 2009 tot en met 2 december 2009 te [pleegplaats 1], gemeente [gemeente 1], en in de gemeente [gemeente 2] en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen (telkens) ter voorbereiding van het misdrijf, waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van 8 jaren of meer is gesteld, te weten diefstal met geweld in vereniging en/of afpersing in vereniging van geld en/of goederen, toebehorende aan (de familie) [slachtoffer 1], althans aan de bewo(o)n(st)er(s) van een woning gelegen aan de [pleegadres 1] te [pleegplaats 1], (telkens) opzettelijk
- bivakmutsen en
- tape en tie rips en
- geladen vuurwapens, althans daarop gelijkende voorwerpen en
- een auto en
- een woning gelegen aan de [adres] te [gemeente 2], dienende als verzamelplek van verdachte en zijn mededaders en als bewaarplaats voor vuurwapens en munitie,
zijnde voorwerpen, een vervoermiddel en een ruimte bestemd tot het begaan van die misdrijven, heeft voorhanden gehad en
hij, verdachte, en (een of meer van) zijn mededader(s)
- inlichtingen hebben ingewonnen met betrekking tot het te overvallen object en/of subject (te weten (de familie) [slachtoffer 1]/ de bewo(o)n(st)er(s) van perceel [pleegadres 1] te [pleegplaats 1][woonplaats] en
- zich die woning gelegen aan de [pleegadres 1] te [pleegplaats 1] laten aanwijzen en
- mondelinge en telefonische en via MSN en via SMS gesprekken hebben gevoerd met betrekking tot het al of niet deelnemen van bepaalde perso(o)n(en) aan bovengenoemde strafbare feiten en het tijdstip en de wijze waarop bovengenoemde strafbare feiten uitgevoerd zouden worden en
- hebben besproken hoe de buit verdeeld zou (kunnen) worden en
- voornoemde vuurwapens/voorwerpen hebben geladen met patronen/munitie.
2.
hij in of omstreeks de periode van 30 november 2009 tot en met 2 december 2009 in de gemeente(n) [gemeente 3] en/of [gemeente 2] en/of [gemeente 1] en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen en alleen,
twee wapens van categorie III (onder 1), te weten
- een gaspistool (merk Voltran, model Ekol Firat Compact, kaliber 9 mm) en
- een gaspistool (merk Röhm, model Vektor CP1, kaliber 9 mm) en
munitie van categorie III, te weten in totaal 14 patronen van het kaliber 9 mm P.A.K., zijnde voor deze wapens geschikte munitie, voorhanden heeft gehad.
3.
hij in de periode van 16 augustus 2009 tot en met 17 augustus 2009 te [pleegplaats 2], gemeente [gemeente 3], tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een woning (perceel [pleegadres 2]) heeft weggenomen
- een televisie,
toebehorende aan [slachtoffer 2], waarbij verdachte en zijn mededader zich de toegang tot de plaats des misdrijfs hebben verschaft en het weg te nemen goed onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak en inklimming.
4.
hij op 30 november 2009 te [pleegplaats 2], gemeente [gemeente 3], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een cafetaria/snackbar weg te nemen geld en/of goederen toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededaders, en daarbij die voorgenomen diefstal te doen vergezellen van geweld en/of bedreiging met geweld tegen perso(o)n(en), te plegen met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken
hij, verdachte, en/of zijn mededaders met voormeld oogmerk
- meermalen ter observatie langs die cafetaria/snackbar zijn gereden en gelopen en vervolgen
- met bivakmutsen en vuurwapens in de richting van die cafetaria/snackbar zijn gelopen en in de naaste omgeving /bij die cafetaria/snackbar hebben gewacht,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid,
hij op 30 november 2009 te [pleegplaats 2], gemeente [gemeente 3], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met anderen,
met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld perso(o)n(en) te dwingen tot de afgifte van geld en/of goederen, toebehorende aan die perso(o)n(en) in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededaders,
hij, verdachte, en/of zijn mededaders met voormeld oogmerk
- meermalen ter observatie langs die cafetaria/snackbar zijn gereden en gelopen en vervolgens
- met bivakmutsen en vuurwapens in de richting van die cafetaria/snackbar zijn gelopen en in de naaste omgeving /bij die cafetaria/snackbar hebben gewacht,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
5.
hij op 14 april 2009 in de gemeente [gemeente 2], tezamen en in vereniging met een ander met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld [slachtoffer 3] heeft gedwongen tot de afgifte van een mobiele telefoon (Sony Eriksson W710I) en een ten dele gevuld pakje sigaretten (Camel) en/of een aansteker, toebehorende aan die [slachtoffer 3],
welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat hij, verdachte, en/of zijn mededader
- op die [slachtoffer 3] zijn toegelopen terwijl verdachtes mededader zijn gezicht geheel bedekt had met een bivakmuts en
- bij die [slachtoffer 3] met een arm een wurggreep hebben aangelegd (gehouden), en
- daarbij dreigend de woorden "meelopen" hebben geroepen/gezegd en
- die [slachtoffer 3] hebben meegetrokken en
- vervolgens dreigend tegen die [slachtoffer 3] hebben gezegd: "maak je zakken leeg, of moet ik je slaan" en/of "geef eens die telefoon" en
- dreigend met gebalde vuist(en) tegenover die [slachtoffer 3] zijn gaan staan;
6.
hij in de periode van 1 april 2009 tot en met 15 april 2009 in de gemeente [gemeente 2] een wapen van categorie I onder 7°, te weten een balletjespistool (merk Para Ordnance), zijnde een voorwerp dat voor wat betreft zijn vorm en afmetingen een sprekende gelijkenis vertoonde met een vuurwapen voorhanden heeft gehad.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
het onder 1 bewezen verklaarde levert op:
Poging tot diefstal, vergezeld van geweld en/of bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen,
Poging tot afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen
Voorbereiding van diefstal, vergezeld van geweld en/of bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen en/of voorbereiding van medeplegen van afpersing.
het onder 2 bewezen verklaarde levert op:
Medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, begaan met betrekking tot wapens en munitie van categorie III, strafbaar gesteld bij artikel 55, lid 1 van de Wet wapens en munitie.
het onder 3 primair bewezen verklaarde levert op:
Diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak en inklimming.
het onder 4 primair bewezen verklaarde levert op:
Poging tot diefstal, vergezeld van geweld en/of bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen,
Poging tot afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
het onder 5 bewezen verklaarde levert op:
Afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen.
het onder 6 bewezen verklaarde levert op:
Handelen in strijd met artikel 13, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, begaan met betrekking tot een wapen van categorie I, strafbaar gesteld bij artikel 55 lid 1 van de Wet wapens en munitie.
Strafbaarheid van de verdachte
Bij de beoordeling van de strafbaarheid van de verdachte is onder meer gelet op de conclusie, vermeld in een psychologisch rapport, opgemaakt door J.G. Fennema, psycholoog, -zakelijk weergegeven- dat bij verdachte sprake is van een ziekelijke stoornis in de zin van cannabismisbruik en dat er sprake is van een gebrekkige ontwikkeling van zijn geestvermogens in de zin van een antisociale persoonlijkheidsstoornis met narcistische trekken. Ten tijde van het plegen van het hem tenlastegelegde feit was er sprake van licht gebruik van cannabis. De persoonlijkheidsstoornis speelde bij het tenlastegelegde een rol. Misbruik van cannabis lijkt geen invloed te hebben gehad op de gedragskeuzes en gedragingen van verdachte ten tijde van het tenlastegelegde. De persoonlijkheidsproblematiek heeft verdachtes gedragskeuzes en gedragingen deels bepaald. Geadviseerd wordt om verdachte als verminderd toerekeningsvatbaar te beschouwen.
Het hof neemt voormelde conclusie over en maakt deze tot de zijne. Op grond van het bovenstaande is het hof van oordeel dat de bewezenverklaarde feiten de verdachte in verminderde mate kunnen worden toegerekend.
Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Het hof heeft bij de straftoemeting in het bijzonder in aanmerking genomen -en vindt daarin de redenen die tot de keuze van een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf van de hierna aan te geven duur leiden- dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan afpersing, diefstal, het voorhanden hebben van wapens en munitie en meerdere pogingen tot diefstal met geweld en afpersing.
Verdachte heeft bij het plegen van de feiten puur uit financieel gewin gehandeld en hij en zijn medeverdachten schuwden daarbij geen geweld of bedreiging met geweld of, in een aantal gevallen, de mogelijkheid dat het tot het gebruik van grof geweld of bedreiging daarmee kon komen. Hij heeft geen moment gedacht aan de gevolgen van zijn daden voor de –potentiële- slachtoffers. De gevolgen van feiten als de onderhavige zijn voor de slachtoffers zeer ingrijpend en zorgen voor gevoelens van onveiligheid en onrust in de samenleving. Het is niet aan verdachte te danken dat twee van de geplande overvallen uiteindelijk niet zijn voltooid.
Niet naar voren is gekomen dat verdachte een leidinggevende rol heeft gespeeld. De rol van verdachte was echter geenszins ondergeschikt. Zo heeft verdachte de tip doorgegeven voor de overval in de woning te [pleegplaats 1] en heeft hij ten aanzien van de voorgenomen overval op de cafetaria in [pleegplaats 2] een controlerende rol gespeeld.
De door verdachte gepleegde feiten zijn zeer ernstig en rechtvaardigen naar het oordeel van het hof op zich een gevangenisstraf voor de duur van 40 maanden, zoals door de rechtbank werd opgelegd. Het hof neemt echter in het voordeel van verdachte in aanmerking dat verdachte niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke delicten en dat verdachte als verminderd toerekeningsvatbaar moet worden beschouwd. Met name neemt het hof op de voet van artikel 63 Wetboek van Strafrecht bij de straftoemeting in aanmerking dat verdachte na het begaan van deze feiten op 16 september 2011 door het gerechtshof in Arnhem is veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twee jaar, terzake van diefstal met geweld, gepleegd in maart 2009, dus vóór de onderhavige feiten.
Uit het advies van de Reclassering (Leger des Heils) van 30 mei 2011 blijkt verder nog dat er verandering lijkt te komen in de houding van verdachte in die zin, dat hij open staat voor begeleiding en behandeling, met als doel om niet weer in dezelfde groep van mensen terecht te komen.
Het hof ziet daarom reden om een lagere straf op te leggen dan door de rechtbank werd opgelegd.
De hierna te noemen inbeslaggenomen voorwerpen, die nog niet zijn teruggegeven, behoren aan de verdachte toe. Zij zijn bij gelegenheid van het onderzoek naar de begane misdrijven aangetroffen. Zij zullen worden onttrokken aan het verkeer aangezien zij van zodanige aard zijn, dat het ongecontroleerde bezit van die voorwerpen in strijd is met het algemeen belang en de wet en zij kunnen dienen tot het begaan of de voorbereiding van soortgelijke feiten.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 36b, 36c, 36d, 46, 47, 57, 63, 91, 311, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 13, 26 en 55 van de Wet wapens en munitie.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat verdachte het onder 1 tenlastegelegde heeft begaan voor zover dit betreft het medeplegen van een poging tot diefstal met geweld en/of afpersing op 2 december 2009 en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 1(overig), 2, 3 primair, 4 primair, 5 en 6 ten laste gelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 1, 2, 3 primair, 4 primair, 5 en 6 bewezen verklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 30 (dertig) maanden.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Beveelt de onttrekking aan het verkeer van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
Aldus gewezen door
mr C. Caminada, voorzitter,
mr E.G. Smedema en mr M.A.F. Cools-Weebers, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr I.I.D. Leene, griffier,
en op 16 november 2011 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
mr M.A.F. Cools-Weebers is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.