ECLI:NL:GHARN:2011:BT2885
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- W.M. van Schuijlenburg
- O. Anjewierden
- J.A. Wiarda
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in hoger beroep wegens onvoldoende bewijs van beschadiging van een zwanennest
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 13 september 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de economische politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad, dat op 24 september 2010 was gewezen. De verdachte, geboren in 1958 en woonachtig in [woonplaats], werd beschuldigd van het beschadigen, vernielen of verstoren van een zwanennest, een beschermde diersoort, op of omstreeks 11 mei 2009 in de gemeente [gemeente]. De tenlastelegging was gebaseerd op het feit dat de verdachte, samen met een ander, met een tractor en hooischudder over het nest zou hebben gereden.
Tijdens de zitting heeft de verdachte verklaard dat hij niet op de hoogte was van de handelingen van zijn broer, die met een grasmaaier over het nest zou zijn gereden. Het hof heeft de verklaringen van de verdachte en de stukken in het dossier zorgvuldig gewogen. Het hof concludeert dat er onvoldoende bewijs is dat de verdachte zelf de handelingen heeft verricht die in de tenlastelegging zijn opgenomen. Er was geen bewijs van een nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en zijn broer die zou kunnen leiden tot een veroordeling.
Het hof heeft ook vastgesteld dat het dossier geen duidelijkheid biedt over de status van de zwaan als beschermde diersoort volgens de Flora- en Faunawet. Hierdoor kon niet worden vastgesteld dat de verdachte het ten laste gelegde feit had begaan. Gelet op deze overwegingen heeft het hof het vonnis van de rechtbank vernietigd en de verdachte vrijgesproken van alle beschuldigingen.