ECLI:NL:GHARN:2011:BR0290
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- R. Feunekes
- B.J.J. Melssen
- H. van Lokven-van der Meer
- Rechtspraak.nl
Wijziging van kinderalimentatie en de beoordeling van grove miskenning van wettelijke maatstaven
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 9 juni 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek tot wijziging van de kinderalimentatie. De man, appellant, had in eerste aanleg een verzoek tot wijziging van de door hem te betalen bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van zijn twee minderjarige kinderen ingediend. De rechtbank Zwolle-Lelystad had op 14 september 2010 bepaald dat de man € 580,-- per kind per maand moest betalen, wat de man betwistte. Hij stelde dat de overeengekomen bijdrage van € 150,-- voor beide kinderen, zoals vastgelegd in een convenant van 16 juli 2008, de juiste was en verzocht deze te handhaven.
Het hof heeft de feiten van de zaak in overweging genomen, waaronder de beëindiging van de affectieve relatie tussen partijen in 2007 en de erkenning van het kind door de man. De vrouw, geïntimeerde, had gesteld dat er sprake was van een grove miskenning van de wettelijke maatstaven, omdat zij onder druk was gezet om in te stemmen met de hogere alimentatie. Het hof oordeelde echter dat de vrouw niet voldoende bewijs had geleverd voor haar stelling dat er een duidelijke wanverhouding bestond tussen de overeengekomen bijdrage en wat een rechter zou hebben beslist.
Het hof concludeerde dat de vrouw niet had aangetoond dat de overeenkomst niet voldeed aan de wettelijke maatstaven en dat er geen wijziging van omstandigheden was die een aanpassing van de alimentatie rechtvaardigde. De eerdere beschikking van de rechtbank werd vernietigd en het verzoek van de vrouw tot wijziging van de alimentatie werd afgewezen. De uitspraak benadrukt het belang van bewijsvoering bij claims van grove miskenning en de noodzaak om wijzigingen in alimentatie goed te onderbouwen.