ECLI:NL:GHARN:2011:BQ7272
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van valse aangifte en poging tot oplichting na onvoldoende bewijs
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 7 juni 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte was beschuldigd van valse aangifte en poging tot oplichting. De tenlastelegging betrof twee feiten: ten eerste, dat de verdachte op 25 mei 2008 in de gemeente een valse aangifte had gedaan van een woninginbraak, en ten tweede, dat zij op 28 mei 2008 een valse schadeclaim had ingediend bij haar verzekeringsmaatschappij. Het hof heeft vastgesteld dat het schadeonderzoek, uitgevoerd in opdracht van de verzekeraar, geen objectieve beoordeling van de feiten opleverde. Er was onvoldoende aanvullend onderzoek door de politie gedaan, waardoor er geen wettig en overtuigend bewijs was om de verdachte te veroordelen. De verdachte ontkende de beschuldigingen en het hof oordeelde dat de aangetroffen sporen niet konden worden gelinkt aan een inbraak. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van beide ten laste gelegde feiten. De beslissing van het hof is gebaseerd op de conclusie dat er onvoldoende bewijs was om tot een veroordeling te komen.