ECLI:NL:GHARN:2011:BQ5854
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Geschil over levering van ventilatoren met onvoldoende capaciteit en klachtplicht
In deze zaak gaat het om een geschil tussen [appellant] en Wijha B.V. over de levering van vier ventilatoren die niet voldeden aan de overeengekomen specificaties. De ventilatoren, die bedoeld waren voor gebruik in konijnenstallen, hadden een capaciteit van 6.610 m3 lucht per uur, terwijl [appellant] had besteld dat ze minimaal 15.000 m3 lucht per uur moesten kunnen verplaatsen. De zaak is in hoger beroep gekomen na een eerdere uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad, waar de vordering van Wijha B.V. tot betaling van een factuur was toegewezen, maar de reconventionele vordering van [appellant] tot schadevergoeding was afgewezen.
Het hof heeft vastgesteld dat [appellant] de ventilatoren in december 2006 heeft ontvangen en pas op 17 september 2007 heeft geklaagd over de tekortkomingen. Het hof oordeelt dat [appellant] redelijkerwijs eerder had moeten ontdekken dat de ventilatoren niet aan de overeenkomst beantwoordden. De klachtplicht, zoals vastgelegd in artikel 7:23 lid 1 BW, is niet nageleefd, waardoor de vorderingen van [appellant] op grond van non-conformiteit niet kunnen slagen.
Het hof heeft de eerdere vonnissen van de rechtbank bekrachtigd en [appellant] veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep. De beslissing van het hof is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat de kosten onmiddellijk moeten worden betaald, ongeacht een eventueel hoger beroep.