Gerechtshof Arnhem
nevenzittingsplaats Leeuwarden
Sector strafrecht
Parketnummer: 24-003344-09
Uitspraak d.d.: 17 mei 2011
TEGENSPRAAK
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad van 17 december 2009 in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [1965],
wonende te [woonplaats], [adres].
De verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 3 mei 2011 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, strekkende tot veroordeling van verdachte ter zake het hem ten laste gelegde tot een voorwaardelijke geldboete van € 1.000,00, subsidiair 20 dagen hechtenis, met een proeftijd van twee jaren. De advocaat-generaal heeft voorts gevorderd dat het hof de in beslag genomen pony verbeurd zal verklaren. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd.
Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen door verdachte en zijn raadsman,
mr. H.H. Steijn, naar voren is gebracht.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep vernietigen omdat het tot een andere bewijsbeslissing komt en daarom opnieuw rechtdoen.
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
hij in of omstreeks de periode van 26 februari 2009 tot en met 28 april 2009 te [plaats], in de gemeente [gemeente], als houder van een of meer dieren, te weten een pony, aan dat dier de nodige verzorging heeft onthouden, immers bleek op 28 april 2009 dat hij onvoldoende heeft zorg gedragen voor:
- het tijdig en/of regelmatig bekappen van de hoeven van die pony, waardoor die pony (ernstig) hoefbevangen is geraakt door het optreden van een stoornis in de bloedsomloop ten gevolge van een te hoog suikergehalte in het bloed en /of
- het toedienen van (voor die pony voldoende) gezonde voeding, waardoor de pony te dik is geworden en/of
- voor (voldoende) schoon/droog hooi en/of (schoon) drinkwater voor die pony.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Door wettige bewijsmiddelen, waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, heeft het hof de overtuiging gekregen en acht het hof wettig bewezen, dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij in de periode van 26 februari 2009 tot en met 28 april 2009 te [plaats], in de gemeente [gemeente], als houder van een pony, aan dat dier de nodige verzorging heeft onthouden, immers bleek op 28 april 2009 dat hij onvoldoende heeft zorg gedragen voor het tijdig en regelmatig bekappen van de hoeven van die pony.
Het hof acht niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard, zodat deze daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
het bewezenverklaarde levert op:
zich gedragen in strijd met het voorschrift vastgesteld bij artikel 37 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar aangezien geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die verdachte niet strafbaar zou doen zijn.
Oplegging van straf en/of maatregel
De hierna te melden strafoplegging is in overeenstemming met de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon van verdachte, zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft in de periode van 26 februari 2009 tot en met 28 april 2009 aan een pony die zijn eigendom was, de nodige verzorging onthouden door deze pony niet tijdig en regelmatig te bekappen. Aldus heeft hij het belang geschonden dat de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren beoogt te beschermen, te weten het welzijn van dieren.
Uit een verdachte betreffend uittreksel uit de justitiële documentatie d.d. 10 maart 2011 blijkt dat verdachte eerder is veroordeeld voor strafbare feiten, zij het niet voor soortgelijke strafbare feiten.
Nu het hof - in tegenstelling tot de politierechter en in afwijking van hetgeen de advocaat-generaal heeft gevorderd - verdachte vrijspreekt van een aantal verwijten in de tenlastelegging, zal het hof volstaan met het opleggen van een voorwaardelijke geldboete van € 250,00. Met het opleggen van de voorwaardelijke geldboete beoogt het hof, mede in het licht bezien van de beslissing die het hof ten aanzien van de in beslag genomen pony neemt, verdachte ervan te weerhouden zich in de toekomst opnieuw schuldig te maken aan soortgelijke strafbare feiten.
De advocaat-generaal heeft overeenkomstig de beslissing van de rechter in eerste aanleg gevorderd dat het gerechtshof als bijkomende straf aan de verdachte zal opleggen dat de in beslag genomen pony verbeurd zal worden verklaard.
Door de verdediging is bezwaar gemaakt tegen de verbeurdverklaring van de in beslag
genomen pony.
Het hof is van oordeel dat het bewezenverklaarde feit, te weten het niet tijdig en regelmatig bekappen van de pony, in casu niet de (verstrekkende) straf van verbeurdverklaring rechtvaardigt. Het hof zal derhalve de teruggave aan verdachte gelasten van de in beslag genomen bruine Welsh Pony.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Het hof heeft gelet op de artikelen 14a, 14b, 14c, 23, 24 en 24c van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 37 en 122 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren.
Deze voorschriften zijn toegepast, zoals zij golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
verklaart het bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een geldboete van EUR 250,00 (tweehonderdvijftig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door 5 (vijf) dagen hechtenis;
bepaalt dat de geldboete niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat verdachte zich voor het einde van een proeftijd van 2 (twee) jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
In beslag genomen voorwerpen
Gelast de teruggave aan verdachte van het inbeslaggenomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
bruine Welsh Pony.
Aldus gewezen door
mr. W. Foppen, voorzitter,
mr. P.W.J. Sekeris en mr. T.H. Bosma, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. L.W. van Campen, griffier,
en op 17 mei 2011 ter openbare terechtzitting uitgesproken.