ECLI:NL:GHARN:2011:BP9063
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Betwiste betalingen met creditcard tussen International Card Services B.V. en [geïntimeerde]
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem werd behandeld, gaat het om een hoger beroep van International Card Services B.V. (hierna: ICS) tegen vonnissen van de rechtbank Zwolle-Lelystad. ICS had in eerste aanleg een vordering ingesteld tegen [geïntimeerde] voor betaling van een openstaand saldo dat volgens ICS was ontstaan door gebruik van een Visa-card. De rechtbank had de vorderingen van ICS afgewezen, omdat ICS niet had bewezen dat er een overeenkomst was gesloten waarop de algemene voorwaarden van ICS van toepassing waren.
In hoger beroep heeft ICS vijf grieven ingediend, waarbij zij betoogde dat de kantonrechter ten onrechte had geoordeeld dat er geen overeenkomst tot stand was gekomen. Het hof heeft vastgesteld dat [geïntimeerde] de card had ontvangen en deze ook had gebruikt, wat erop wijst dat er een contractuele relatie tussen partijen bestaat. Het hof oordeelde dat de weerspreking van [geïntimeerde] onvoldoende onderbouwd was en dat er van een overeenkomst moet worden uitgegaan.
Het hof heeft echter ook geoordeeld dat het bewijs dat de algemene voorwaarden van ICS van toepassing zijn, nog niet geleverd is. [geïntimeerde] heeft betwist dat hij alle betalingen heeft verricht die ICS stelt, en heeft gesuggereerd dat er mogelijk sprake is van skimming. Het hof heeft [geïntimeerde] de gelegenheid gegeven om tegenbewijs te leveren tegen de stelling van ICS dat hij andere betalingen heeft verricht dan de erkende. De zaak is verwezen naar een rolzitting voor verdere behandeling en bewijslevering.