GERECHTSHOF ARNHEM
Sector civiel recht
zaaknummer gerechtshof 200.070.589
(zaaknummer rechtbank 645581)
arrest van de vijfde civiele kamer van 8 maart 2011
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Ster Verhuur Arnhem B.V.,
gevestigd te Arnhem,
appellante,
advocaat: mr. C.B.J. van Megen,
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Nedac Sorbo B.V.,
gevestigd te Duiven,
geïntimeerde,
advocaat: mr. F.A.M. Knüppe.
1. Het geding in eerste aanleg
Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar de inhoud van het vonnis van 26 april 2010 dat de kantonrechter (rechtbank Arnhem, sector kanton, locatie Arnhem) tussen appellante (hierna ook te noemen: Ster Verhuur) als eiseres en geïntimeerde (hierna ook te noemen: Nedac Sorbo) als gedaagde heeft gewezen; van dat vonnis is een fotokopie aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in hoger beroep
2.1 Ster Verhuur heeft bij exploot van 30 juni 2010 Nedac Sorbo aangezegd van dat vonnis van 26 april 2010 in hoger beroep te komen, met dagvaarding van Nedac Sorbo voor dit hof.
2.2 Bij memorie van grieven heeft Ster Verhuur drie grieven tegen het bestreden vonnis aangevoerd en toegelicht, heeft zij bewijs aangeboden en twee nieuwe producties in het geding gebracht. Zij heeft gevorderd dat het hof het bestreden vonnis zal vernietigen en, opnieuw recht doende, bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren arrest:
1. Nedac Sorbo zal veroordelen tot betaling van € 5.314,23 vermeerderd met de wettelijke handelsrente vanaf 21 april 2008 tot aan de dag der algehele voldoening;
2. Nedac Sorbo zal veroordelen tot betaling van € 3.216,69 vermeerderd met de wettelijke handelsrente vanaf 21 april 2008 tot aan de dag der algehele voldoening;
3. Nedac Sorbo zal veroordelen in de kosten van deze procedure in beide instanties.
2.3 Bij memorie van antwoord heeft Nedac Sorbo de grieven bestreden, heeft zij bewijs aangeboden en één productie in het geding gebracht. Zij heeft geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis zal bekrachtigen en Ster Verhuur haar vorderingen in hoger beroep zal ontzeggen, hetzij door Ster Verhuur niet-ontvankelijk te verklaren, hetzij door die vorderingen af te wijzen, met veroordeling van Ster Verhuur in de kosten van (bedoeld zal zijn:) het hoger beroep.
2.4 Vervolgens hebben partijen de stukken voor het wijzen van arrest aan het hof overgelegd en heeft het hof arrest bepaald.
Ster Verhuur heeft de volgende grieven aangevoerd.
Grief I
Ten onrechte is de kantonrechter van oordeel, dat de stelling van Ster Verhuur dat er bovenhoofdse schade aan het voertuig is toegebracht, geen stand kan houden.
Grief II
Ten onrechte heeft de kantonrechter de vraag naar de toepasselijkheid van de algemene voorwaarden onbesproken gelaten.
Grief III
Ten onrechte heeft de kantonrechter de vordering van Ster Verhuur niet integraal toegewezen.
4.1 Als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende betwist, staan in hoger beroep de navolgende feiten vast.
4.2 Tussen partijen is op 4 april 2008 een huurovereenkomst gesloten ter zake van een Mercedes-Benz Atego 818L met kenteken [kentekennummer] (hierna te noemen: het voertuig).
4.3 In de huurovereenkomst staat onder meer:
“Huurtarief 126,78
Verlaging eigen risico 15,00
Door verlaging verminderd E.R. per gebeurtenis 500,00
PRIJZEN EXCL. BTW EN BRANDSTOF
De persoonsgegevens van de huurder/bestuurder kunnen in het Autoverhuur Waarschuwingssysteem worden opgenomen, zie artikel 16”
4.4 Op de achterzijde van de huurovereenkomst staan de algemene voorwaarden van Ster Verhuur gedrukt. In artikel 5 van de algemene voorwaarden staat onder meer:
“(…)
3. Betaling dient, tenzij anders is overeengekomen, onmiddellijk na ommekomst van de huurtermijn te geschieden. Indien huurder niet op tijd betaalt is hij van rechtswege in verzuim. Vanaf de datum van verzuim is huurder over het openstaande bedrag de wettelijke rente, vermeerderd met 2% op jaarbasis verschuldigd, waarbij een gedeelte van een maand als een maand geldt.
4. Indien huurder ook na sommatie in gebreke blijft het verschuldigde bedrag te betalen, is hij daarenboven gehouden tot vergoeding van incassokosten. Onder incassokosten wordt verstaan alle kosten die verhuurder in en buiten rechte maakt voor de invordering van het verschuldigde bedrag met een minimum van 15% van het verschuldigde bedrag dan wel, indien het verschuldigde bedrag kleiner is dan € 500,- (excl. BTW), met een minimum van € 75,- (excl. BTW).
4.5 Artikel 8 van de algemene voorwaarden bepaalt onder meer:
“(…)
5. In afwijking van het overeengekomen eigen risico, geldt een hoog eigen risico van maximaal € 1.500,00 voor de huurder die consument is, maximaal
€ 5.000,00 voor de huurder die niet consument is, voor schade die is ontstaan ten gevolge van beschadiging van, of toegebracht met enig deel van het voertuig dat zich op een afstand van meer dan twee meter boven de grond bevindt, dan wel is toegebracht met enig deel van de lading dat zich boven die hoogte bevindt. Indien het voertuig een bestel-, vracht- of kampeerauto is geldt voornoemd hoog eigen risico ook voor schade die het gevolg is van beschadiging van of toegebracht met enig deel van het voertuig, dan wel toegebracht met enig deel van de lading dat zich op een hoogte van minder dan één meter tachtig boven de grond binnen een afstand van 75 cm van de bovenzijde van het voertuig of van de daar bovenuitstekende lading bevindt, mits aannemelijk is dat de schade is ontstaan door een aanrijding met dat deel van het voertuig of van de lading.”
4.6 Op 7 april 2008 heeft Nedac Sorbo het voertuig aan Ster Verhuur geretourneerd. De bestuurder van het voertuig, de heer [naam], heeft een schadeformulier ingevuld waarop onder meer staat:
“Bord brughoogte niet gezien.”
4.7 Ster Verhuur heeft schade aan het voertuig geconstateerd, in totaal begroot op € 8.300,00. Ster Verhuur heeft op 7 april 2008 een factuur aan Nedac Sorbo verzonden ter hoogte van € 5.314,23. Op de factuur staat onder meer omschreven:
Huurtarief 126,78
Premie verlaging eigen risico 15,00
Extra kilometers 33,18
Brandstof 89,10
Ingehouden eigen risico
Bovenhoofdse schade 5000,00
Subtotaal BTW 19,0% Factuurbedrag
5264,06 261,06 EUR 5314,23
50,17 ===========
5. De motivering van de beslissing in hoger beroep
5.1 Met haar eerste grief komt Ster Verhuur op tegen het oordeel van de kantonrechter, dat Ster Verhuur onvoldoende heeft onderbouwd dat sprake was van ‘bovenhoofdse’ schade aan het voertuig. Ster Verhuur legt daartoe over een door de chauffeur van Nedac Sorbo ondertekend schadeformulier, waarin de bestuurder van het voertuig, zakelijk weergegeven, verklaart dat hij een bord over het hoofd heeft gezien waarop de hoogte van een brug vermeld stond, met zichtbare schade aan het dak van het voertuig tot gevolg. Ook heeft Ster Verhuur een aantal foto’s overgelegd waarop duidelijk te zien is dat het dak van het voertuig beschadigd is.
5.2 Nedac Sorbo betwist in hoger beroep niet meer dat aan het voertuig ‘bovenhoofdse’ schade is toegebracht door haar chauffeur op de hiervoor omschreven wijze. Wel wijst zij erop dat Ster Verhuur procedeert in strijd met de goede procesorde, omdat het bovengenoemde schadeformulier informatie betreft die ook in eerste aanleg in het geding had kunnen worden gebracht. Nedac Sorbo stelt dat zij op deze wijze ten onrechte met hoge proceskosten wordt opgezadeld.
5.3 Het hof overweegt dat tussen partijen niet langer in geschil is dat door een chauffeur van Nedac Sorbo ‘bovenhoofdse’ schade is toegebracht aan het voertuig. In zoverre slaagt de eerste grief. Het hof volgt Nedac Sorbo niet in haar betoog dat zij ten onrechte wordt geconfronteerd met hogere proceskosten, omdat Ster Verhuur pas in hoger beroep haar stelling, dat sprake was van ‘bovenhoofdse’ schade aan het voertuig, met bewijs onderbouwt. De eisen die aan de stelplicht van een partij kunnen worden gesteld, worden mede bepaald door de mate waarin gemotiveerd verweer wordt gevoerd. Nedac Sorbo heeft in eerste aanleg betwist dat sprake was van ‘bovenhoofdse’ schade. Zij heeft erop gewezen dat Ster Verhuur deze stelling niet met stukken heeft onderbouwd, maar Nedac Sorbo heeft toen haar betwisting niet verder gemotiveerd of onderbouwd en evenmin om overlegging van het door haar werknemer ingevulde schadeformulier verzocht. Weliswaar had Ster Verhuur haar vordering in eerste aanleg al nader kunnen onderbouwen, maar het feit dat zij dit heeft nagelaten brengt, gelet op de feiten en omstandigheden waar Nedac Sorbo ook in eerste aanleg kennis van moet hebben gedragen, niet met zich dat sprake is van strijd met een goede procesorde.
Toepasselijkheid algemene voorwaarden
5.4 Nu de eerste grief slaagt, dient in hoger beroep alsnog te worden bezien of Ster Verhuur met een beroep op haar algemene voorwaarden een bedrag van € 5.000,- in rekening mocht brengen aan Nedac Sorbo, in verband met de schade aan het voertuig.
5.5 Ster Verhuur stelt dat de algemene voorwaarden van toepassing zijn op de huurovereenkomst. Uit artikel 8 van de algemene voorwaarden vloeit voort dat in een uitzonderingssituatie, bij een bepaald type schade, een hoger eigen risico geldt dan het overeengekomen eigen risico van € 500,-.
5.6 Nedac Sorbo stelt zich primair op het standpunt dat toepasselijkheid van de algemene voorwaarden van Ster Verhuur niet tussen partijen is overeengekomen, zodat zij hieraan ook niet gebonden is. Subsidiair stelt Nedac Sorbo dat de in de overeenkomst opgenomen individuele bepaling omtrent het verlaagde eigen risico voorrang heeft op artikel 8 lid 5 van de algemene voorwaarden. Bovendien is artikel 8 lid 5 een dermate onduidelijke bepaling, dat Ster Verhuur zich er in redelijkheid niet op kan beroepen.
5.7 Het hof overweegt als volgt. De vraag of de algemene voorwaarden van toepassing zijn volgt uit de regels voor aanbod en aanvaarding (art. 6:217 e.v. van het Burgerlijk Wetboek; hierna: BW), zoals deze zijn te begrijpen in het licht van de artikelen 3:33 en 3:35 BW. De algemene voorwaarden staan afgedrukt op de achterzijde van de namens Nedac Sorbo ondertekende huurovereenkomst. In de overeenkomst noch op het briefpapier staat vermeld dat op de overeenkomst de algemene voorwaarden van Ster Verhuur van toepassing zijn. Evenmin staat op het briefpapier vermeld dat Ster Verhuur algemene voorwaarden gebruikt en dat deze op de achterzijde staan afgedrukt. Behoudens bijzondere omstandigheden – die zijn gesteld noch gebleken – mag Ster Verhuur er dan niet op vertrouwen dat Nedac Sorbo door ondertekening van de huurovereenkomst ook de gelding van de op de achterzijde vermelde algemene voorwaarden heeft aanvaard. De omstandigheid dat in de overeenkomst staat vermeld: “De persoonsgegevens van de huurder/bestuurder kunnen in het Autoverhuur Waarschuwings Systeem worden opgenomen, zie artikel 16” maakt dit niet anders.
5.8 Ster Verhuur heeft van haar stelling, dat de algemene voorwaarden van toepassing zijn op de huurovereenkomst doordat Nedac Sorbo de gelding daarvan heeft aanvaard, geen bewijs aangeboden, zodat zij tot het leveren van (getuigen)bewijs ook niet zal worden toegelaten. Van een partij mag in hoger beroep worden verwacht dat zij een ter zake dienend en voldoende concreet bewijsaanbod doet. In eerste aanleg heeft Ster Verhuur een zeer algemeen geformuleerd bewijsaanbod gedaan. In hoger beroep heeft Ster Verhuur haar bewijsaanbod beperkt tot de door haar gestelde toedracht van de schade aan het voertuig. Ten aanzien van haar overige stellingen heeft zij in hoger beroep geen bewijs aangeboden.
5.9 Tussen partijen is niet in geschil dat in de huurovereenkomst een verlaagd eigen risico van € 500,- per gebeurtenis is overeengekomen. In hoger beroep staat vast dat de chauffeur van Nedac Sorbo schade aan het voertuig heeft toegebracht. Van de vordering van Ster Verhuur tot betaling door Nedac Sorbo van het uit hoofde van de huurovereenkomst ingehouden eigen risico kan derhalve voornoemd bedrag van € 500,- worden toegewezen.
Slotsom
5.10 De slotsom is dat in hoger beroep niet is komen vast te staan dat de algemene voorwaarden van Ster Verhuur van toepassing zijn op de huurovereenkomst met betrekking tot het voertuig.
5.11 Het oordeel van de kantonrechter, dat Nedac Sorbo aan Ster Verhuur betaling verschuldigd was van het bedrag van € 314,23 in hoofdsom en € 89,25 aan buitengerechtelijke kosten, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente over € 314,23 vanaf 21 april 2008 blijft in stand, nu Nedac Sorbo de verschuldigdheid hiervan heeft erkend, met dien verstande, dat indien Nedac Sorbo dit bedrag reeds uit hoofde van het bestreden vonnis heeft voldaan, zij uiteraard niet nogmaals tot betaling gehouden is.
5.12 Aan Ster Verhuur zal worden toegewezen een bedrag van € 500,- in verband met het contractueel overeengekomen eigen risico van Nedac Sorbo. Over dit bedrag zal Nedac Sorbo worden veroordeeld tot betaling van de wettelijke rente uit hoofde van artikel 6:119 BW. De wettelijke handelsrente uit hoofde van artikel 6:119a BW is niet toewijsbaar in het geval er sprake is van een verplichting tot betaling van schadevergoeding.
5.13 Als de niettemin overwegend in het ongelijk gestelde partij zal Ster Verhuur worden veroordeeld in de kosten van het hoger beroep.
Het hof, recht doende in hoger beroep:
bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter (rechtbank Arnhem, sector kanton, locatie Arnhem) van 26 april 2010, behoudens het in het dictum onder 5.4 bepaalde, vernietigt het vonnis in zoverre en doet in zoverre opnieuw recht;
veroordeelt Nedac Sorbo om aan Ster Verhuur tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen een bedrag van € 500,-, te vermeerderen met de wettelijke rente uit hoofde van artikel 6:119 BW vanaf 21 april 2008 tot aan de dag van volledige betaling;
veroordeelt Ster Verhuur in de kosten van het hoger beroep, tot aan deze uitspraak aan de zijde van Nedac Sorbo begroot op € 632,- voor salaris overeenkomstig het liquidatietarief en op € 263,- voor griffierecht;
verklaart dit arrest wat betreft de betalings- en proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit arrest is gewezen door mrs. I.A. Katz-Soeterboek, P.L.R. Wefers Bettink en H. Wammes en is in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken ter openbare terechtzitting van 8 maart 2011.