ECLI:NL:GHARN:2011:BP7303
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake huurachterstand tussen huurder en verhuurder
In deze zaak gaat het om een geschil over de hoogte van een huurachterstand tussen de appellant, een huurder, en de geïntimeerde, Corio Nederland Retail B.V., de verhuurder. De appellant heeft in eerste aanleg geprocedeerd tegen Corio, waarbij de kantonrechter op 1 juli 2009 een vonnis heeft uitgesproken. De appellant heeft hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis, waarin hij één grief heeft opgeworpen. De kern van het geschil betreft de vraag of er daadwerkelijk sprake is van een huurachterstand en, zo ja, hoe hoog deze is.
De appellant huurt sinds 1 mei 2002 een winkelruimte van Corio. In januari 2008 werd een huurachterstand van € 8.747,25 geclaimd door Corio, wat de appellant betwistte. In de procedure in eerste aanleg heeft Corio een bedrag van € 9.782,44 gevorderd, terwijl de appellant stelde dat hij slechts een achterstand van € 55,99 had. De kantonrechter heeft in zijn eindvonnis de vordering van Corio toegewezen tot een bedrag van € 6.480,64.
In hoger beroep heeft het hof de argumenten van de appellant beoordeeld. Het hof oordeelde dat de appellant onvoldoende bewijs had geleverd om aan te tonen dat de kantonrechter ten onrechte was uitgegaan van het betalingsoverzicht van Corio. Het hof heeft vastgesteld dat de appellant niet had aangetoond dat de door Corio gepresenteerde cijfers onjuist waren. Wel heeft het hof geconstateerd dat er sprake was van een dubbeltelling van rente en incassokosten in het betalingsoverzicht van Corio.
Uiteindelijk heeft het hof het vonnis van de kantonrechter gedeeltelijk vernietigd en de vordering van Corio afgewezen voor zover deze een bedrag van € 2.921,81 met rente te boven ging. De appellant werd veroordeeld tot betaling van dit bedrag, vermeerderd met de contractuele rente vanaf 21 juli 2008. De proceskosten werden gecompenseerd, wat betekent dat beide partijen hun eigen kosten dragen.