ECLI:NL:GHARN:2011:BP2694
Gerechtshof Arnhem
Mishandeling van buurman met letsel als gevolg
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 28 januari 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte, geboren in 1936, heeft zijn buurman mishandeld door hem te duwen, wat resulteerde in pijn en letsel voor de buurman. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een straf en een maatregel, en de benadeelde partij had een vordering ingediend voor schadevergoeding. De verdachte heeft tijdig hoger beroep aangetekend.
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het hof de verdachte zou veroordelen tot een geldboete van €350, subsidiair drie dagen vervangende hechtenis, en dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk zou worden verklaard in haar vordering. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. Het hof achtte bewezen dat de verdachte opzettelijk zijn buurman heeft mishandeld, maar verwierp het verweer van noodweer dat door de verdachte was ingediend.
De strafmotivering van het hof was gebaseerd op de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit was begaan, en de persoon van de verdachte. Het hof heeft ook rekening gehouden met de langdurige ruzie tussen de verdachte en de buurman, wat de gedraging van de verdachte niet verontschuldigde, maar wel als context werd meegenomen. Uiteindelijk werd de verdachte veroordeeld tot een geldboete van €450, waarvan een deel voorwaardelijk was, en de benadeelde partij werd niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, die alleen bij de burgerlijke rechter kon worden ingediend. Beide partijen werden veroordeeld in de eigen kosten van het geding.